A. van Os
aan
Matthijs Vermeulen
Bos en Duin, 30 december 1954
Bos en Duin 30 Dec '54
Zeer geachte Heer Vermeulen,
Dankbaar ben ik U voor uw stuk in de Groene Amsterdammer. – Bijgaand drukwerkje vertelt U dat U niet de eenige bent die het durft zeggen. Maar het is goed dat niet alleen de theologen zoo spreken – – wie uw stuk las kan niet meer zeggen: "wir haben es nicht gewußt" – – – U spreekt uit wat in vele harten leeft en al kan ik het niet overal met U eens zijn, het doet goed zoo'n "cri de coeur" – – Zelf pieker ik sinds 1942 over dit onderwerp – – – en de Bevrijding zelfs heeft mij niet meer kunnen troosten. Wel het Evangelie en eerlijkgezegd mis ik in uw stuk de hoofdgedachte van het Christelijk Denken n.l. dat niet de Satan overwinnen zal – – maar God en dat, als wij ons schuldig weten – zooals de Moordenaar aan het kruis – dan nòg voor ons Genade te vinden is in het Geloof aan Christus. (Koningschap) Niet de grote Denkers toch hebben Macht (stellig wèl wijsheid) maar het laatste woord is toch aan Hem? Ik dacht dat daarin, juistnu, de troost ligt van het Evangelie en de Blijde Boodschap?
Mag ik met dit enkele woord even spontaan reageren op uw ernstig S.O.S. sein?
Een lezeres (bij tijd en wijle) van de Groene
Hoogachtend
A van Os
Verblijfplaats: Amsterdam, Bijzondere Collecties UvA