MATTHIJS VERMEULEN

Componist, schrijver en denker

19471105 I. Top aan redactie DGA

I. Top

aan

redactie De Groene Amsterdammer

Amsterdam, 5 november 1947

Amsterdam, 5 November 1947.

Mijne Heeren,

Reeds eenige tijd erger ik mij aan de uiterst subjectieve toon van de critieken van den Heer Vermeulen maar na het artikel over het dirigeeren van Bruno Walter wordt het mij al te kras en voel ik behoefte mijn hart te luchten.

Ik neem een oogenblik aan dat Walter de muziek alleen nog maar intellectueel weet te benaderen. Ook dan is deze critiek ongepast. Het behoort onder beschaafde menschen nu eenmaal tot den goeden toon niet alles te zeggen wat man denkt. Doet men dit wel dan komt men met de politierechter in aanraking. De Heer V. gaat helaas vrijuit hoewel dat, wat hij van Walter heeft durven zeggen in mijn oogen (ik poog objectief te zijn) kwetsender is dan Pijp- en Jordaanbewoners elkaar soms toevoegen. Men zegt deze dingen niet van een zeventig-jarige, die ons vroeger (naar sommiger oordeel ook nu) zooveel geschonken heeft.

Of de Heer V. gelijk heeft is een tweede. Ik kan medelijden met hem voelen, dat hij zich buiten "het werkingsveld van de onzichtbaar radieerende vonk" heeft bevonden, en zoodoende de toover heeft moeten ontberen, waarop velen nu, twee weken later, nog nateeren. Om muziek te geven moet men zelf gedisponeerd zijn, om muziek te ontvangen evenzeer. Het zal bij den Heer V. die de gevoelens en drijfveeren van anderen zoo uitstekend blijkt te kennen wel niet opkomen dat hij wellicht zelf minder goed gedisponeerd was . Waarschijnlijk heeft zijn groote haat tegen alles wat duitsch is een woordje meegesproken bij zijn oordeel over deze bij uitstek duitsche dirigent en muziek. Het zou zeer interessant zijn het oordeel der orkestleden over de concerten onder Walter te hooren.

Van het geval Walter ga ik nu naar algemeene dingen over. M.i. is de dictatoriale, "Volk en Vaderland"achtige toon van den Heer V. ("ik eisch het aftreden van R. Mengelberg, de Metamorphosen van Strauss slaan op Hitler's dood,") niet in overeenstemming met de distinctie van Uw blad. Het is niet mijn bedoeling de laatstgenoemde beweringen van den Heer V. te bestrijden, ik kom slechts op tegen de toon waarin zij gesteld zijn.

Mocht de Heer Vermeulen deze regels onder oogen krijgen, en er zich aan ergeren, dan zal mij dit werkelijk eenig genoegen doen. Hij ondervindt dan zelf ook eens hoe vervelend het is "een slechte critiek" te krijgen.

Hoogachtend,

I. Top.

Verblijfplaats: Amsterdam, Bijzondere Collecties UvA