MATTHIJS VERMEULEN

Componist, schrijver en denker

19460709 Thea Diepenbrock aan Matthijs Vermeulen

Thea Diepenbrock

aan

Matthijs Vermeulen

Amsterdam, 9 juli 1946

9 Juli '46

Lieve Matthijs, ik heb daarstraks ook iets voor het laatst gedaan: een pak voor je gemaakt. En het is zoo gek, er wordt op straat van allerlei geschreeuwd en als ik dat hoor is mijn eerste gedachte: kan ik dat sturen? Dat is niet eens zoozeer omdat ik het jou speciaal wil sturen, als ik iets zie of hoor dat dienstig kan zijn, dan denk ik dadelijk: wie zal ik het sturen. En arme jij, die zoo'n gedoe hebt gehad met mijn cadeau! Driemaal ervoor naar Parijs! Dank je lieveling voor al die moeite. Het pak – iets reusachtigs – is Maandag al thuisbezorgd, het staat netjes op morgen te wachten. Idioot dat je zooveel papieren moest invullen; hier bij de K.L.M. gaat het heelemaal zonder iets, dat was juist zoo fijn toen die postpakjes verboden werden. Reuze leuk dat het woord fiancée de meneeren deed zwichten. Wat het resigneeren tegenover de bureaucratie betreft ben ik het volkomen met Uwe Ononnoozelheid eens; ik ben daarin plutocraat, maar schaam me wel eens dat ik het ben. Met den naam Diepenbrock krijg je veel gedaan en als ik daaraan denk, schaam ik me weer niet.

Dat je over dat zinnetje van Kate (die vlinderacht[ig]e vrouw van Jan Ho (Oosterbeek), die zooveel gevoeligheden heeft naar alle kanten) wat zeggen zou, had ik verwacht. Toen je er gisteren niets over schreef dacht ik: hij is langzaam, het komt morgen wel. En ziet! Ik ken mijn fiancé dus toch niet zoo heel slecht!

Wat heb je Wiessing geantwoord? Ik had het gisteren met Fons over de Groene en de V.K. Hij zei: de Groene is niet alleen links – dat zijn we allemaal – maar uitgesproken Moskou, wàt de Engelschen ook doen, het is altijd verkeerd, en wat Moskou doet is goed. Ik kan daar niet over oordeelen omdat ik de Groene nu pas 3 x gelezen heb. Maar Fons en ik waren het erover eens dat een penetratie in de Groene nuttig is, maar dat de V.K. toch eigenlijk wel een blad is waar je niet in publiceeren kunt. Als jij dat ook vindt, zou het vervelend zijn tegenover Wiessing, want ik geloof niet dat hij ruim genoeg is zooiets zonder rancune te accepteeren.

Lia is niet intelligent en vooral onontwikkeld, denk ik – zou dat die hand ook niet verklaren?

Het handschrift van Flot is in dat briefje niet op zijn best. Hij is ziek, hij heeft een aangedane long (gevolg van Oranienburg) en ligt in een sanatorium. Dat te samen met een huwelijksdébàcle kunnen je wel ontwrichten. Hij is lichamelijk altijd om door te breken, maar geestelijk geloof ik niet dat hem nerf ontbreekt. Dat "mateloos moeilijk" zou ik wel willen commentarieeren als ik tijd had – de dag is plotseling om! ik moet nu naar dat uitgestelde partijtje bij Emmie [van Hall]. Ben zooeven bij den Kapelaan geweest. Daar was ook nog een haak en oog dat ik je vertellen zal Dinsdag of een andere keer. Maar het moet toch al gek loopen als we niet Zondag worden afgeroepen.

Dacht je dat ik niet met vreugde naar mijn Matthijs kwam? Dat was maar een rhetorische wending hè? Puckie gelooft dat die ontmoeting moeilijk zal zijn; verder loopt alles wel, denkt zij, maar de acute overgang van droom naar werkelijkheid, daar houdt zij haar hart voor vast. Ik niet. Bonzend hart, entendu, maar dadelijk vreugdig hart. – Het canoniek onderzoek heb ik afgelegd, zwerend bij God en de Evangelies. Curé Besle moet me alleen nog huwelijksonderricht (!) geven.

Op jouw verjaardag was ik lang zoover nog niet als nu, bedenk ik ineens. Jij was verder, denk ik, maar geen van beide waren we nog zoo gepenetreerd als nu. Wonderlijk sentiment, dat ik nooit eerder gekend heb. De innerlijke zon, ja, ben jij ook van je

Thea

Verblijfplaats: Amsterdam, Bijzondere Collecties UvA