MATTHIJS VERMEULEN

Componist, schrijver en denker

19460629 Thea Diepenbrock aan Matthijs Vermeulen

Thea Diepenbrock

aan

Matthijs Vermeulen

Amsterdam, 29 juni 1946

29 Juni '46

Lieve Matthijs, gisteren is er voor 't eerst iets vervelends gebeurd in verband met mijn bruid-zijn. Puckie heeft aan J. een theestelletje meegegeven van tin. Ze had eerst geïnformeerd of ik het noodig had en of ik het leuk zou vinden, en J., die dadelijk begreep dat het monsterlijk moest zijn, had onder vriendelijke zinnetjes van allerlei afwerends te berde gebracht. Maar Puckie had het toch meegegeven en ik moest dan eerlijk zeggen hoe ik het vond... Afschuwelijk – de arme Puckie heeft natuurlijk nooit ergens tijd voor, ze werkt van vroeg tot laat, en dat had ze toevallig aangeboden gekregen van iemand die het van de hand wilde doen, en zij vond het leuk en had op een gemakkelijke manier een cadeau. Mijn eerste gedachte was: ik kan het haar niet zeggen, dat is te zielig, maar daarna dacht ik: dat is de weg van den minsten weerstand en dat is nooit goed, en bovendien is Puckie een veel te royale ziel om zooiets niet tegen te zeggen. Dat is nu vanochtend gebeurd – het is net alsof ik er nog een verhoogden hartslag van heb, maar ik ben blij dat ik het achter den rug heb en Puckie en Jo maakten het me allebei gemakkelijk.

Vanochtend zijn er nog bloemen gekomen van Jan Ho en Kate. Lathyrus, zalig geurend, innig zomersch en jeugdig. Gek zooals ik er hier alleen mee zit, met al dat moois! J. is vandaag voor me naar Laren om de schrijftafel en nog het een en ander verhuisd te krijgen.

Ik vind het ontzettend dat je zegt dat ik je nooit gelijk geef! Hèb je dan nooit gelijk? Dat zou ik haast moeten concludeeren om mezelf niet om mijn ooren te hoeven slaan. Wat een gek woord is dat eigenlijk: gelijk-hebben. Als ik inplaats van te zeggen you are right, zeg you are the right man on the right (in dit geval: left) place, ben jij tevreden, zeg je – daar moet ik nog eens over nadenken.

Over het cursusje had ik dezer dagen het gevoel alsof ik het te laat gevraagd had, alsof we nu in een phase zijn waarin het niet aan de orde is. Maar als je me er van de week een geeft, zal het niet minder nuttig zijn!

– Je stuk is er niet in gekomen. Er was zeker al te veel copy over Frankrijk en nog een stuk van Escher over muziek ook. Ben jij daar achter hoe dat moet met Escher, heeft Dijkstra daarover gesproken? Hij is ook voor muziek en beeldende kunst en niet voor recensies, hij wil juist alleen maar beschouwingen schrijven. Hij is bepaald niet afgedankt; hij woont in huis bij de Willebois'1 en ik weet het dus zeker. Marietje Willebois sprak van een stuk dat jij "gepresteerd" had, wat me te denken geeft: vermoedelijk heeft Escher er zich dus zoo over uitgelaten. Geeft dat vijandschap?

Ik vind het briefje van Flot vreeselijk weemoedig. Hij schrijft mooi, vind je niet?

Marie, die ik wilde bedanken, was niet thuis. Ik ben vanmiddag op de opening van een tentoonstelling van Hofker geweest.2 H. heeft in zijn Academie-tijd bij Tita in huis gewoond. Zoodoende kennen wij hem van jongsafaan, hij is een jaar of 5 ouder dan ik. Hij is met een dochter van Rueter getrouwd (die die brave portretten maakt, weet je dat?) en is een paar jaar voor den oorlog naar Bali gegaan, is nu terug met teekeningen en schilderijen van prachtige Balineesche vrouwen. Ik heb er nog een paar menschen gesproken aan wie ik het verteld heb: Jon van Regteren Altena (die indertijd het initiatief tot de Vogels genomen heeft) en Sondaar.

We gaan nu eten met Maas, die door de telephoon bijzonder enthousiast was, zoo enthousiast dat hij absoluut in de stad komen wilde en met ons eten. Au revoir, à bientôt on est content de se revoir bientôt, hein?

je Thea

Verblijfplaats: Amsterdam, Bijzondere Collecties UvA

  1. Joost en Marie van der Does de Willebois-Ingen Housz bewoonden een ruim huis aan de Teniersstraat.
  2. Willem Hofker (1902-1981).