MATTHIJS VERMEULEN

Componist, schrijver en denker

19460530 Matthijs Vermeulen aan Thea Diepenbrock

Matthijs Vermeulen

aan

Thea Diepenbrock

Louveciennes, 30 mei 1946

Louveciennes

30 Mei 1946 Hemelvaart middag

Onder den thuya

Mijn echte schat, mijn echte hart,

weer een gezellige brief van je om onder een boom te lezen, in 't groen met mijn groentje. Hoe kwam je daar zoo alleen in die bergen? Vreemd, je vertelling van dat onweer en je paniek lezend, voelde ik af en toe een vlijm van regret infini! En nu nog is er een beweging in mijn binnenste alsof iets in me dat uur terug zou willen grijpen uit het verleden, met dat wilde verlangen om bij je te zijn in dien tijd. Hieldt je dikwijls van de eenzaamheid of soms? Wat weet ik eigenlijk nog weinig van je. Overal waar je was, de menigte keeren dat je innerlijk gevibreerd hebt, en waarvan ik niets ken. (Opeens komt er een soort van cycloon opzetten, mijn thuya zwiept en giert, ik moet naar binnen vluchten.) Hoe kom ik aan die woeste zucht naar je nabijheid, om je te omhelzen, om je te hebben, telkens als je me een gemoedsaandoening van je verhaalt welke ik voel als heftig? Daar maalt je gemaal bij een ander nooit om wat er was in het voorbije. Waarom wensch ik bij jou het bezit van wat met jou verging en waarom trilt dat verlievend, aphroditisch in mij na? Jij schijnt zulke mouvementen niet te hebben. Kun je ze verklaren? Kun je begrijpen dat ik iets als jaloerschheid voel jegens de koeien die je zagen, jegens den steengrond waar je plat op ging liggen? Zonderling. Maar 't is een warm, beminnend gevoel die jaloerschheid, niet dor, niet stekend, veeleer zangerig. Dat is zoo mijn inwendige mechaniek. Ik moet de jouwe nog bijna heelemaal leeren. Want ik geloof toch wel dat ik jou, tijdens die acht maanden schriftelijk preludium van ons huwelijk, toch een duidelijkeren kijk heb gegeven op mijn interieure machine en de manier waarop je ze in gang brengt of stil zet of aan 't hollen maakt, dan jij mij op de jouwe. Of verbeeld ik me dat? Ik deed het overigens niet expres, dat kwam terloopsch. Maar als ik denk aan de vele dingen waarvan ik niet eens vermoeden kan hoe je erop zult reageeren, om te beginnen een zoentje! Jij, die graag openheid hebt, je bent toch eigenlijk wel erg "gesloten", wanneer ik zoo overweeg alles wat ik nog van je, over je, te leeren heb! Zou je denken dat dit lang duurt, mijn onderwijzing? Voor jou is die voorbereiding misschien ideaal, dat kan best zijn, dat dunkt me ook wel, want jij speelt veel gemakkelijker op je instrument dat ik ben, en je weet veel precieser wat voor klank je eruit haalt (met je persoonlijk toucher!!) maar ik voor mij heb bij jou nog heel dikwijls den indruk dat ik nog niet verder raakte dan de eerste oefeningen van den beginneling. Of vergis ik me daarin? Maar menig keer kreeg ik heel andere reacties dan ik verwachtte. Soms koel als ik meende dat moet je innig maken of intiem. Soms ook warm als ik daar niet op verdacht was. Ik had dat eigenlijk moeten noteeren! Maar ik betwijfel of er een methode uit af te leiden viel. Eer geen pijl op te trekken! Trouwens, dat heb ik nooit geprobeerd (er een pijl op te trekken). Want ik schrijf je altijd wat ik in den zin heb. Maar als ik in de lichamelijke werkelijkheid doe gelijk ik schrijf dan zou me dat nog aardige verrassingen kunnen bezorgen! Wat denk jij daarvan?

Dat is inderdaad knap van je om de Pathétique nog nooit gehoord te hebben. Draag je speciaal aan dit werk van Tsch. een kwaad hart toe? Of aan de heele rommel? Want 't maakt geen uitzondering in zijn oeuvre. Hij heeft me nooit verrukt, omdat zijn emotie, en ook zijn factuur, steeds van geringe kwaliteit zijn, hoewel men hem soms ('t begin van 't piano-concert b.v.) ondanks een zekere opgeblazenheid toch ook niet een zekere grandezza kan ontzeggen. Maar tegenwoordig zou ik geneigd zijn over Tsch. (als men zijn werken met hun "doorvoeringen" tot de helft bekorten kon) indulgenter te oordeelen dan vroeger, zooals ik ook R. Strauss acceptabel ben gaan achten, om de eenvoudige reden dat ik ze grooter zag worden naar mate alles wat rond me heen componeerde kleiner werd. De huidige musici, zelfs de beste, zijn technisch en psychisch zulke pietlutten dat ik wel gedwongen ben relatieve grootheid toe te kennen aan auteurs die me dat eertijds, toen ik mij de toekomst fantaseerde en bevolkte met droomen, niet schenen te verdienen. Dat is een mijner levenservaringen welke mij het meest verwonderd heeft: omdat niemand zijn beloften nakwam moet ik waardeeren wat ik als tamelijk gering beschouwde. Toen ik me hiervan rekenschap begon te geven hinderde dat me geweldig. Maar materieele feiten kun je niet loochenen: van meer dan 25 jaar muziek-geschiedenis blijft niets over dan Tod und Verklärung, Tyll Eulenspiegel etc. Plus de Pathétique! etc. Afgrijselijk zoo'n woestijn. Doch niets aan te doen. (Ik was in 39 enthousiast over Jeanne au Bûcher. Sinds hoorde ik het nog drie keer. En elke maal vond ik er minder essens. Ik ben bang dat 't ook jou zoo zal gaan.)

Je hebt natuurlijk gelijk in je diatribe tegen de virtuoos-dirigenten, maar ik geloof niet dat 't de schuld is van hun figuurlijke maat-slaan wanneer zij het geestelijk verlangen der muziek niet vervullen. De oorzaak ligt dieper. Het resultaat van elke manier van maatslaan kan levend en boeiend zijn als er achter die manier maar een levende impuls stuwt. Doch dat juist ontbreekt. Hoe ze ook gebaren, bijna allen blijven marionetten, omdat ze de muziek niet meer voelen. Het doet er weinig toe of de achtsten van het Tristan-voorspel al of niet worden uitgeslagen, wanneer elk achtste maar zijn beteekenis en accent krijgt. Dan zie je den dirigent niet meer, dan zou hij op zijn kop kunnen gaan staan. Waarom vraag je me of ik houd van Tristan? Vroeger, ja. Vooral het 2de bedrijf. Maar 't lijkt me ontzettend lang geleden dat ik me daarmee bedwelmen liet en ik durf niet te zeggen of ik nog even sterk zou resonneeren. En jij? Hou jij van Tristan? (Zou er nog iemand zijn in de hedendaagsche wereld die dat geheel vibreerend kan maken?) Gesteld echter je hoort 't perfect: zou je ervan houden?

't Is allang avond geworden, ik at ondertusschen een bord van je pea-soup, maar ik heb geen lust mijn inktpot te openen, want dikwijls dunkt me dat ik genoeglijker met je praat per potlood. Vin-je 't goed? Het speet me wel eventjes dat er in je brief toch nog weer tranen van Joanna zijn. Of ook van jou?? Kun je die tranen niet afschaffen? Je zult zeggen: tu as beau parler! Dat weet ik wel. Doch wat helpen al die tranen? Joanna ruïneert er zich mee op den duur. En schept dat bij jullie niet een verschrikkelijk verdrietige atmosfeer? Die Engelj. lijkt me uit de verte van een onbeschrijfelijke en onuitstaanbare wreedheid, laagheid, lafheid en oppervlakkigheid. Vergeef me als je dat een beetje veel tegelijk schijnt. Het is mijn opinie. Wanneer ze overdreven is, en zelfs wanneer je 't wenscht, zal ik ze graag veranderen. Maar 't heele ongeluk voor Joanna is dat ze van hem houdt. Daaruit kan met iemand als Engelj. bijna onmogelijk nog iets goeds groeien. Zij deed honderd maal beter om de verlatenheid te trotseeren, haar fierheid te hervatten, niet meer naar zijn litteraire leugens te luisteren, hem te toonen dat zij maling aan hem heeft, hem aan de deur te zetten, zich niet meer volgens zijn afschuwelijke nukken te laten behandelen. Wat bereikt zij nu door gedwee te zijn als een schaap? Een voor jullie beiden martelende, een onduldbare, een onwaardige en een dubbel immoreele situatie, zonder kans op uitzicht van beterschap. Maar ik zeg je nog eens: als je me te hard, te streng vindt, ik trek alles terug; ik geef je slechts mijn strikt-persoonlijke opinie.

Vanmiddag ben ik aan het station het pakje van mijn zuster gaan halen. Er zat bloem in, thee, boonen, een groote ontbijtkoek, en twee blik melk. Een ervan is naar mijn reserve geloodst. Ik heb nu 3 blik melk provisie voor Juli. En je gooit ze me niet naar mijn hoofd! De melk telt niet! En de rest overigens evenmin! Je bent veel te 'n lieve schat. Ik vlas erg op dat pakje tabak van je. Goed maar dat je die versche haring niet gestuurd hebt, jij met je aanvechtingen! Zestig francs voor een haring! Ben je heelemaal mesjoche! Wij kunnen hier tegenwoordig eieren koopen à 13 francs per stuk. Ik veroorloof me die weelde. Margarine hebben we nog voor een heele poos in overvloed. Als je bij geval een stuk vet kunt missen voor in de soep of in de aardappelen en wortelen, dan graag, dat is smakelijker dan margarine, voor mij ten minste.

Ik ontving uit Holland een briefkaart van Mariusissimus [Monnikendam] waarop hij zijn amicissime meldt dat hij in Parijs was, een dag te kort kwam om zijn carissime te bezoeken maar dat hij hoopt mij thuis te zien! Dat klinkt me verbazend suspect. Hij was bij Onnen die me schrijft dat hij zeer schuw deed. Frank komt volgende week hier en zal me wel nadere berichten geven. Het kan me geen steek bommen als Mariusissimus op de flesch gaat. Ik wensch dat al een tijdje, aterling die ik ben. De heele onderneming blijft een mysterie, maar 't boekie is geschreven tennaastenbij en dat zou direct kunnen uitkomen bij Van Eugen, wat me nog enkele maanden vacantie zou opleveren, die ik uitstekend kan gebruiken.

Het slaat middernacht. Een zoen op je lippen, mijn liefste, en tot morgen over zes weken bij je

Matthijs.

Verblijfplaats: Amsterdam, Bijzondere Collecties UvA