MATTHIJS VERMEULEN

Henriette A. Lohr

aan

Matthijs Vermeulen

[Zwolle,] 11 juni 1967

11. vi. 67.

Hooggeachte Heer Vermeulen,

Het heeft mij enorm veel plezier gedaan, dat Uw werk als muziekcriticus en als componist beide een officiëele erkenning hebben gevonden! Een veel te late erkenning zonder twijfel, maar doordat ik U zelf pas een half jaar geleden ontdekte, maakt 't op mij de indruk, alsof een zelfde golfslag U onder de aandacht van velen gebracht heeft. Wie zal zeggen, dat het niet waar is? Het mag toeval lijken, dat ik al snuffelend in een muziekbibliotheek nu juist door Uw boek gepakt werd, maar wat weten wij van de achtergronden van het toeval af?

Uw vrouw was zo lief mij toch de band te sturen, hoewel mijn zuster vreesde, dat zij die niet copiëren kon. Nu heeft zij daar al haar best op gedaan en het resultaat is, dat ik zelfs twee copieën ontvangen heb, waarvan de ene zelfs bijzonder fraai is. Morgen stuur ik U de band terug.

Wij zijn pas terug van onze vacantie in Lugano. Terwijl wij genoten van het meer en de heerlijke zon, heb ik vaak aan U gedacht en U een dergelijke vacantie toegewenst.

"l'Aventure de l'Esprit" ben ik langzaam aan het lezen. Hoewel het een groot boek is, zijn vele gedachten maar aangeduid. Daardoor geeft het stof tot verder denken.

Ik vraag mij af, wat U nu bezig houdt. Het boek is nog vol van groei en worden en U leert nu een geheel andere wijsheid, die mij al bezig houdt, hoewel ik er nog niet aan toe ben.

Uw 7^e Symphonie heb ik ettelijke keren beluisterd en hij is mij vertrouwd geworden. Ik hoop dat men de zes anderen ook zal uitvoeren, want ik zou ze nu graag allemaal kennen.

U heeft mij veel moois gebracht in het afgelopen half jaar en daar zou ik U nog eens hartelijk voor willen bedanken! De stem van de enkelingen heeft nog weer een andere klank, dan de officiëele waardering en daarom zal ook die U welkom zijn. Weest U met Uw vrouw en dochter hartelijk gegroet!

Uw H.A. Lohr.

Verblijfplaats: Amsterdam, Bijzondere Collecties UvA