MATTHIJS VERMEULEN

Componist, schrijver en denker

19451122 Thea Diepenbrock aan Matthijs Vermeulen

Thea Diepenbrock

aan

Matthijs Vermeulen

Amsterdam, 22 november 1945

22 Nov. '45

Maar lieve Matthijs dan toch, wat ben je verdrietig! Is het omdat ik je teleurstel, te veel in de kou laat staan en je toch naar me verlangt? Natuurlijk moet je je laten gaan tegenover mij, we schrijven toch niet om elkaar opstelletjes te laten lezen. Als je je een beetje geuit hebt, voel je je waarschijnlijk daarna toch minder bezwaard door trieste gevoelens, ook al "weet je met zekerheid dat er niemand bestaat die je troost zal geven." – Ik zeg hier niets tegen in, want als je het met zekerheid weet, zal het wel zoo zijn. De smart, de zielesmart is, geloof ik, de eenzaamheid, die altijd aanwezig is, maar alleen dan te voorschijn komt, als er niets is dat haar bedekt. Het mirakel, dat je door het hostiele leven schappelijk heeft doen rollen, is Anny geweest.

Zooals gewoonlijk heb ik weer heelemaal geen tijd, maar dan ook echt heelemaal niet. Daarom breek ik nu maar af. Ik was begonnen in het verlangen met je te praten, denkend dat ik wel in een kwartier een heeleboel troostends zou kunnen neerschrijven. Maar je brief, dien ik in mijn hand heb, leidt me te veel af – ik zou op alle verschillende alineatjes willen ingaan en dat zou meerdere kwartieren kosten.

Ik voel me opnieuw bezwaard dat ik je "terugriep". Hoe kom je zóó ontmoedigd? Omdat de situatie sans issue is? Maar andere dagen kon je dat niets schelen.

Het beeld van het mannetje en het vrouwtje zullen we vasthouden. Je hebt het zoo "sehnsüchtig" beschreven. Als je goed luistert, mannetje, hoor je het vrouwtje dan niet luisteren?

je

Thea

Verblijfplaats: Amsterdam, Bijzondere Collecties UvA