MATTHIJS VERMEULEN

Componist, schrijver en denker

19440507 Anny Vermeulen-van Hengst aan Marie van der Meulen

Anny Vermeulen-van Hengst

aan

Marie van der Meulen

Louveciennes, 7 mei 1944

7.V.44.

Lieve Marie, je hebt denk ik mijn brief voor je jaardag al wel ontvangen? Thijs schrijft je een briefkaart vandaag, daar moet je niet kwaad om worden, lieve kind, als hij aan 't componeeren is, dat weet je wellicht nog van heel vroeger, dan komt hij niet tot schrijven, of hij moet er dan een dag voor nemen als b.v. voor een brief aan Thea, onze weldoenster. Niet dat jij vroeger geen weldoenster was!! Doch je snapt het wel. Bracht je den dag nogal prettig door? Was je thuis of in Haarlem? Ik hoop dat je me es weer een langeren brief schrijft. Heerlijk vinden wij het dat je een middag voor Thea & Joanna hebt gevonden: ze zullen er zelf zoo blij mee zijn. En voor jou is 't al weer eens wat anders – Niet dat je niet genoeg werk hebt of geen aantrekkelijke lieve vrienden hebt in de B.'s, maar zoo'n heel anderen atmosfeer is soms toch een verzetje. En zoo zal je af en toe ook meer van ons hooren. Van kletsen komt natuurlijk niet veel, doch je hoort toch vanzelf sommige dingen die je interesseeren. Hier gaat alles goed naar omstandigheden. Van alle zijden goede berichten van de jongens. Ze werken alle drie nogal hard, zooals iedereen in deze tijden. Dat kan niet anders dan hun te pas komen later, al is 't altijd in een andere branche dan ze in gewone tijden gekozen zouden hebben. Donald laat nog 't meest merken dat hij aan "huis" hangt. Op 1 April vonden we hem als een "poisson d'avril" boven in z'n bed 's morgens vroeg. Hij was om 7 uur gekomen, juist toen Anny naar de mis was en sloop zachtjes naar boven. Wanneer hij z'n valies niet in de hall had laten staan dan had hij lang door kunnen snurken zonder explosief entrée van Fofo, die er niets van begreep toen Anny haar, thuiskomend, vroeg: où est Donald? Ik dacht dat ze bazelde, of dat ze gehoord had dat hij verdwenen was, enfin, wat dan ook wat in een flits door je brein schiet, doch niet dat hij hier in huis was. Hij is een dag of tien gebleven, en toen weer naar z'n jonggezellen leventje dat hij nu met aanlokkelijkheden door Anny wil laten deelen voor een korten tijd, niet genoeg hebbend aan z'n twee jonge konijnen die hij in z'n kamer fokt en Binos en Trinos doopte. Enfin, 't jong schrijft ons heel leuke brieven, hij is een origineele geest. Ik heb je toch verteld indertijd hoe handig hij met de naaimachine omspringt en zich allerlei kleedingstukken fabriceerde? Hij moet die gave vast van jou hebben. Onze schoenen repareerde hij ook. Hij maakte zich pantoffels. Hoeveel naalden hij al niet brak! En al 't garen dat hij ons gapte. Enfin, 't was voor 't goede doel. Hij kookt nu ook z'n eigen potje. Net als Roland vroeger, die 't weer van z'n oude vriend leerde, een celibatair van 65 jaar, kan Donald heel wat gerechtjes klaar maken. Je ziet wat een prachtjongens 't alle drie zijn. Duikie heeft weer andere goede hoedanigheden. En z'n meisje, Aline, is zich erg aan ons gaan hechten. Voor Thijs heeft ze een vereering die nog schuw is, ze is nogal verlegen. Van mij schijnt ze wel erg veel te houden. We schieten goed op samen en als ze me een middagje komt helpen, werken we als een goed span, zonder kletsen, en verstaan ons best. Ze is bijna 20, maar ziet er soms uit als 14 of 15, vooral met die korte rokken, bloote beenen en lange haren, de tegenwoordige mode werkt het jeugdig aanschijn in de hand. Zelfs met de haren in de hoogte, wat ze soms doet, ziet ze er erg jong uit. Ze komt dagelijks bij ons, maar wij nooit bij hen, of 't is Thijs die er een beetje tabakblaren gaat halen. Dat vinden ze best, omdat ze begrepen dat het ons gewone doen is om nooit ergens te komen en dat we daar moeilijk verandering in brengen. – Poupoule wil broeden en nu stopt Thijs haar met der derrière in koud water, zooals iemand mij raadde, toen ik 't vertelde, en we hopen dat 't helpt, want eieren om te broeden zijn er niet en om één kuiken te hebben, 3 weken geen eitjes, nou! dat was te kras. Thijs ziet Cocotte, de haan, met duistere blikken aan en bezint zich op een lekker kluifje… Nu, lieve kind, tot zoo ver. Schrijf gauw, zoolang de post gaat. Ik geloof niet erg er aan, doch iedereen verwacht den oorlog. Houd je taai en wees hartelijk omhelsd door ons allen, en vooral schrijf gauw terug. je Anny

Daar kwamen juist weer 3 brieven van Doudie, om je slap te lachen en hij heeft werkelijk schrijftalent. Maar hij is zoo verstrooid dat hij bladzijden aan Roland stuurt die bij een brief hooren aan ons, 't is wat moois.

Verblijfplaats: Amsterdam, Bijzondere Collecties UvA