Matthijs Vermeulen
aan
Jacques van der Ster
Laren, 27 december 1959
27-12-59
Beste Jac.
Ik heb de Kerstdagen besteed aan een beantwoording van J.M. Komter's stuk.
Ik ken K. niet. Wie is hij, of zij? Zijn stuk bevat heel wat literaturerige klets.
Maar als er een beetje beroering gebracht zou kunnen worden in het hoenderhok dan ben ik erbij als de kippen, en voor alles te vinden.
Want ik heb allang het gevoel dat men in de wereld aardig zit te suffen, en wanneer dat uit kon zijn, zou het me danig opluchten.
Maar nou jij. Doe wat je belieft.
Mijn complimenten voor het stuk over Erich Wichman.
Wij zijn vrienden geweest; hij stond aan mijn kant in de Soeza-rel. Ik heb hem ook zijn vrouwtje een ferme klap zien geven in haar gezichtje om een woord van haar dat hem niet beviel. Dat gaf mij een kwetsuur.
Mijn complimenten eveneens voor het stuk over die mannen van geweld.
Vriendschappelijke hand van
je
Matthijs.
concept
Verblijfplaats: Amsterdam, Bijzondere Collecties UvA