MATTHIJS VERMEULEN

Componist, schrijver en denker

19591125 Rob du Bois aan Matthijs Vermeulen

Rob du Bois

aan

Matthijs Vermeulen

Amsterdam, 25 november 1959

Amsterdam 25 november

Zeer geachte Heer Vermeulen,

Het is mij een behoefte U nadat ik Uw Zesde Symfonie gehoord heb te schrijven. Sinds ik in 1949 Uw vierde en vijfde (waarvan het zomer-cantilene van het langzame deel me nooit heeft losgelaten) hoorde heb ik ernaar verlangd mijn indrukken van (toen) vijftienjarige te verifiëren. Weliswaar heb ik in 1956 drie keer Uw Tweede Symfonie gehoord, heb ik later nog vaak Uw Tweede bij Donemus op de band gehoord, en ben ik van het werk gaan houden, als van weinig andere muziekwerken, maar altijd bleef de vraag in me open, of het waar was wat de critici schreven: dat de polymelodische schrijfwijze, in Uw Tweede nog goed beluisterbaar, in de latere symfonieën tot brei, tot chaos leidde. Ik herinnerde me daar niets van: ik herinnerde me een oneindig ontroerend duet van fluit en saxofoon boven ruisende strijkers, ik herinnerde me een C als een aambeeld in Uw vierde, ik herinnerde me geen chaos.

Ik hoop dat ik ooit de vierde en de vijfde nog eens zal horen, ik hoop de eerste en de derde te leren kennen. Maar ik hoop vooral de zesde nog vaak te kunnen horen. Ik kan niet beoordelen of Hupperts hem goed speelde of niet. Ik had voor de uitvoering even de partituur doorgekeken, maar dat zegt natuurlijk niets. Het begin had me gefrappeerd: het duet van fluit en xylofoon vond ik, lezende, mooi. Ik vond het op het concert ook prachtig. Nu, na één keer horen heb ik een indruk als van een prachtige sepia, waar iedere vierkante centimeter een ander facet van het onderwerp laat zien: het onderwerp: een korenveld. Maar dit zijn subjectieve gevoelens: ik ken in de natuur weinig dingen die ik zo mooi vind als een korenveld in de zon. Misschien hebt U daar een hekel aan.

Ik ben bang te oordelen over een werk, dat ik zo slecht ken als Uw Zesde. In Nederland is het nu eenmaal zo, dat men het pianoconcert van Schumann 40 keer per seizoen hoort (na moderne werken, om het publiek zoet te houden) maar de werkelijk belangrijke nieuwe werken niet kan leren kennen of het moet zijn via slechte bandopnamen in de bibliotheek van Donemus. Ik heb in elk geval kunnen horen dat van "brei", van "chaos" geen sprake is. Alle middelmatigen die Nederland als componist viert, en dat zijn er vele, instrumenteren chaotischer, breiïger in hun meest heldere, dan U in Uw meest polymelodische momenten. Als de ontwikkeling dus doorloopt van Uw 4e via Uw 5e naar uw 6e, dan hebben de critici onzin gepraat. Wat me verdrietig (voor de stand van de kritiek) en verheugd maakt.

Ik hoop U niet verveeld te hebben met de paar ontboezemingen, die ik hierboven schreef. Ik hoop ook dat ik nog vaak Uw muziek zal horen (ook Uw kamermuziek: de vioolsonate!), en ik teken met gevoelens van de meeste hoogachting (niet als frase)

du Bois

R.L. du Bois

Schipbeekstraat 15

Amsterdam.

Verblijfplaats: Amsterdam, Bijzondere Collecties UvA