MATTHIJS VERMEULEN

Componist, schrijver en denker

19480103 A. Roland Holst aan Matthijs Vermeulen

Adriaan Roland Holst

aan

Matthijs Vermeulen

Amsterdam, 3 januari 1948

Amsterdam –

3. i. '48 –

Zaterdag –

Beste Thijs,

Dat ik je nu vanuit een ziekbed moet schrijven, om je te bedanken voor je boek en voor die opdracht, die ik soms als een heldere wimpel boven mij voel –

Eergisteren begon ik mij al beroerd te voelen, en vanmorgen raadde mijn dorpsdokter mij, met Asta (die sinds Oud Jaar bij mij was) in een taxi naar Amsterdam te gaan om verder bij haar uit te zieken.

Sinds ruim een week heb ik het vroege ochtenduur (mijn beste leesuur) geheel gewijd aan "Het Avontuur van den Geest" en ik heb het nu bijna uit. Het waren boeiende en heldergespannen uren, die ik je daardoor dank, en ik verheug er mij op, je groote conceptie vooral in enkele détails met je te bespreken. Ik maakte diverse aanteekeningen.

Je begrijpt, hoop ik wel, dat ik er nú niet méér over schrijf – die vervloekte griep maakt mij totaal imbeciel. Ik had in Bergen die 2 pas verschenen bundels (grootendeels herdrukken) voor je klaar liggen – en had je die willen sturen zoodra ik je boek uit had. Wacht er dus nog even op, en koop ze vooral niet.

Ik hoop binnen 'n dag of 5 wel weer beter te zijn –

Neem dit dus als een voorloopig en zeer ontoereikend bewijs van mijn groote en hartelijken dank. Ook hoop ik je binnenkort een bibliophiele uitgave te kunnen sturen van een kort essay, dat ik zoowat 2 jaren geleden schreef, en dat in sommige opzichten als conceptie treffend met jou overeenstemt, maar dat tot een uiterst sombere conclusie komt.

Maar ik moet gaan slapen...

Hartelijke groeten, ook voor Thea

van

je

Jany

Verblijfplaats: Amsterdam, Bijzondere Collecties UvA