MATTHIJS VERMEULEN

Componist, schrijver en denker

19321120 Anny Vermeulen-van Hengst aan Daniël Ruyneman

Anny Vermeulen-van Hengst

aan

Daniël Ruyneman

 

Louveciennes, 20 november 1932

 

Louveciennes(S.& O. 21 Rue de Voisins 20 nOvember 1932

Zeer geachte Heer Ruyneman,

In lang hebben wij niet zooveel nieuws vernomen over de muziek van Thijs! Vriendelijk dank voor Uw brief. Aangezien ik zooveel mogelijk zijn correspondentie zal voeren (hij laat 't liefst de brieven verstoffen op zijn schrijftafel met de beste voornemens ze te beantwoorden) begin ik nu dadelijk, volgens zijne instructies altijd, eenige punten uit Uw brief te beantwoorden.

Voor een uitvoering in 't C.G. onder Fittelberg moet U niet rekenen op een symphonie van Thijs. Ten eerste zal 't bestuur, hoe onafhankelijk ook U de programma's zult mogen opstellen, zich er tegen verzetten. Ten tweede zijn èn de 1ste èn de 3de symphonie te moeilijk om behoorlijk te kunnen worden uitgevoerd zonder degelijke en herhaalde repetities. (Van de 2de zijn geen partijen uitgeschreven en ze is even moeilijk.) Thijs stemt niet toe in een à-peu-près-exécutie, die inderdaad een "executie" zou worden.

Zou Eduard Flipse bereid mocht zijn een symphonie in studie te nemen (liefst de 3de welke dateert van 1921-1922, de 2de is van 1920 en de 1ste van 1912), zou Thijs dat zeker apprécieeren en voor de juiste interpretatie de laatste repetities willen bijwonen. Er zijn 80 man noodig ongeveer.

Wat betreft een coupure in het Trio! Dit is absoluut onmogelijk. Het ding "sluit als een bus ". Er komen geen herhalingen in voor. Zoo U een partituur ervan wilt, kan ik U de mijne sturen, die ik twee jaar geleden voor mij copieerde. Er zijn geen fouten in, Thijs had ze geverifieerd. Dan kunt U zich zelf overtuigen dat het loopt als een riviertje. Thijs meende reeds te moeten opmaken uit enkele critieken en uit hetgeen Gl. van Loon hem over den duur van 't werk zeide, dat hij, bij persoonlijke tegenwoordigheid, de uitvoering anders georienteerd zou hebben. Hoogstwaarschijnlijk is het veel te langzaam genomen, het mag niet langer duren dan 22 minuten, terwijl de juiste duur 19 minuten is. Hetgeen niet wegneemt dat de pogingen en het prijzenswaardige doorzetten der spelers hem in de hoogste mate plezier hebben gedaan en ontroerd zelfs. Voor een gramofoon-opname moet U zich dus niet tracasseeren, daar het Trio nimmer op één plaat zal gaan.

Aan een artikel voor Januari zal hij al zijn aandacht geven in de hoop het klaar te spelen. Zijn zwijgen wat artikelen betreft in de vele periodieken waarvoor men hem aanzocht is gelegen in het hem ontbreken van den noodigen tijd. De conscientieuze wijze waarop hij zijne medewerking aan het Soerabaiasch Handelsblad vervult absorbeert hem. De tijd die hij af en toe heeft om met een "vrij hoofd" voor zich zelf te werken benut hij met componeeren. Hij zal echter gaarne een deel ervan afnemen voor het artikel.

Voor 't a.s. Intern. Muziekfeest heeft Thijs niet de minste pogingen gedaan noch als Fransch noch als Hollandsch "loketteling". Hij wenscht dat ook in geen geval. Ik noemde Prun.1 slechts om uit te laten komen dat Thijs niet uit zich zelf bij Monteux probeerde voor Parijs. A'dam natuurlijk is altijd uitgesloten geweest wat betreft Monteux. Zoo Thijs A'dam wilde, dan zou het slechts onder leiding zijn van Mengelberg, openlijk, en niet met een achterdeurtje. En aangezien Willempie ook uitgesloten is of liever "gesloten" voor echte, ras-echte kunstenaarsgebaren ten opzichte van Thijs, denken wij niet aan hem.

Hier zou nog wel een dirigent te vinden zijn maar het geld ontbreekt voor de repetities, die zooals U weet steeds per man en per keer betaald worden, met het risico dat er steeds remplaçanten als vreemde eenden in de symphonische bijt komen aanzwemmen. Ziehier wat er voor de symphonieën gedaan werd sinds: in 1921 bi. Pierné voor de 1ste en de 2de, met een recommandatie van Robert Brussel, verkregen door den heer de Leeuw. Met geld voor de repetities waarschijnlijk gespeeld, ondanks de "moderniteit". 1923 door Ernst Lévy meegetroond naar Koussewitzky, die dadelijk de 3de aanneemt en die zelf de partijen laat uitschrijven en bekostigt. Hij neemt ze mee naar Boston, maar durft ze niet spelen in den eersten tijd, wacht volgens Thijs te lang, die hem de partituur terugvraagt, niet de partijen natuurlijk, welke echter door K. en grand seigneur ook worden meegestuurd. Sinds niet de minste stappen gedaan door Thijs om met K. weer aan te "pappen". In 1926 op aandringen van Prun. de 3de gestuurd naar Straram; mooie woorden, geen uitvoering. In 1927 Prun. de 3de getoond aan Stokowsky; uitbundig, maar geen resultaat. In 1929 op aandringen van Prun. bij Monteux; nihil. Geheel uit zich zelf heeft Thijs dus zijn symphonieën nog bij niemand gebracht, behalve voor ons vertrek uit Holland de paar vergeefsche pogingen. Dat is de lijdensgeschiedenis. Zal ze nog verlengd worden? Dan zal Thijs heelemaal vinden dat hij veel te veel gedaan heeft voor ze...

De namen Jo Juda en Hans Gruys had ik een paar keeren gelezen. De pianiste niet. Stellig is de viool-sonate te moeilijk geweest en zult U haar wel uitgesteld hebben. Zingt Hans Gruys La Veille met 't origineele begin of verhoogd met een terts zooals Seroen? Is zij een leerling van Seroen? Dan zal ze 't zonder twijfel goed zingen. Ik hoop dat zij er voldoening van heeft in 't publiek, voor haar zelf kan ik haar moeilijk een aangrijpender zang wenschen. Het is jaren dat ik La Veille hoorde maar zoo ik in gedachten de muziek weer klinken laat, gaat er mij een rilling langs den nek, zooals vroeger toen ik 't van Seroen hoorde.

Hartelijke groeten van Thijs en meldt U hem zoo U van Flipse wat hoort, niet waar. (Dat vraag ik natuurlijk, hetgeen U begrijpt.)

Vriendelijk dank.

Anny Vermeulen-van Hengst.

 

Verblijfplaats: Den Haag, Nederlands Muziek Instituut

  1. Henry Prunières (1886-1942), Frans musicoloog.