MATTHIJS VERMEULEN

Componist, schrijver en denker

19080330 Matthijs Vermeulen aan Jacques Hartog

Matthijs Vermeulen

aan

Jacques Hartog

Amsterdam, 30 maart 1908

Amsterdam 30 Maart 1908

Vereerde Meester,

Doodmoe ben ik van het loopen, hier naar toe daar naar toe om het nummer van den Ned Spect. van 26 Oct. 1907. Het resultaat is nihil en het spijt mij te meer na alle moeite. Gisteren bladerde ik mijn correspondentie door met van Loghem. Ik vind er weinig in dan goeden raad in mijne uiterst lastige omstandigheden die nu in April één jaar oud worden. Ik kan U dus eigenlijk niets positiefs geven. Maar mag ik al niet veel hopen van de invloedrijkheid van U zelf? Ik vertrouw daarom, mag ik dat?, dat U me toch nog wat wilt helpen.1 U kent mijne levensomstandigheden weinig maar ze zijn eenvoudig verschrikkelijk. Als het nog een jaar moest duren dan ging ik er in ten onder. Ik bid U daarom me niet in den steek te laten. Voor het overige heb ik aan al uw verlangens voldaan. Wat het eventueel werk betreft, ik kan goede vertalingen geven van Fransche en Duitsche werken, Engelsch zou slecht gaan daar het me op zijn minst al mijn tijd zou kosten. Ik zal maar blijven hopen. Morgen weet ik misschien in 't geheel geen uitweg meer.

Met alle vereering

MatthijsVanderMeulen.

Verblijfplaats: Bijzondere Collecties UvA, hs. Hg A III

  1. Op adreszijde van de envelop in ander handschrift: 'om hulp / Cornelis Anthoniszstr 19II / 30 Maart 1908'.