MATTHIJS VERMEULEN

Beatrijs Escher-Jongert

aan

Matthijs Vermeulen

Amsterdam, 12 december 1953

Zaterdagavond, 12 Dec. '53.

M'n lieve Matthijs,

Ik ben blij dat een behoorlijk leeftijdsverschil zelfs volgens de meest verstokt-conventionele spelregels me toestaat je zo toe te spreken. Nietwaar dat vindt ook Thea goed? Uit de grond van m'n enigszins verfomfaaid hart wil ik jullie gelukwensen met Matthijs' Belgische prijs. Dat is tenminste wat anders dan ons Nederlandse geklungel en godzijdank dit keer eens geen Badings die ze alle tien in de wacht sleept. Vermoedelijk was je stuk ook mooier dan van Spisak, maar dat zal men later pas horen. Doet er niet toe trouwens, het voornaamste is dat je er bij bent. O mogen de HH opdrachtgevers hierin aanleiding zien je ook een grote Nederlandse opdracht te geven, wat al veel en veel eerder had moeten gebeuren. En in godsnaam laat de belastingmeneer de zelfde normen aanleggen als bij Zernike's Nobelprijs en van jouw francs geen partikeltje afnemen. Jullie hebt het geld zo nodig en zult het zo waardig besteden. Gielijn en Sido waren net zo trots op je als ik toen ik het succes van Odilia's vader vertelde!

Ik schrijf dit direct, op schoot naast de kachel en er is niets waar ik het mee versieren kan, behalve m'n grote blijdschap. So there!

Beatrijs

Bestaat er een goede Beethoven biografie, vergat ik Thea laatst te vragen, toen het tè gezellig was om haar ronde tafel.

Verblijfplaats: Amsterdam, Bijzondere Collecties UvA