Martinus Nijhoff
aan
Matthijs Vermeulen
Den Haag, 27 september 1930
Den Haag. 27 Sep. 1930.
Beste Thijs,
Wanneer denk je weer eens over Fransche letteren te gaan schrijven in De Gids? Je hebt me dat indertijd toegezegd, maar Zuster Anna (Colenbrander) ziet nog niets komen.
Ik ben benieuwd naar de Utrechtsche uitvoering zonder tekst. Je zult dan wel weer te hooren krijgen, "hoe kan men voor declamatie geschreven muziek beoordeelen ontdaan van haar bedoeling", en dat is dan voor de heeren recensenten weer een vluchtheuvel (evenals te Leiden de grammofoon was) om zich te onthouden van een ronduit geformuleerd oordeel.
Pijper's conservatorium is een geheel nieuwe, door R'dam en vooral door "belangstellenden" gefinancierde school (hoogeschool) voor muziek. Hij is daar dictator, pionier, professor, directeur, etc. Hij ploegt en hij zaait, poot, stekt en maait er. Hij regent en schijnt over rechtvaardigen en onrechtvaardigen.1 Hij steekt mijn oogen uit, want het is ook altijd mijn stille illusie geweest ergens leeraar in de lyriek te worden.
Netty is in Ascona bij de van Schendels, die ook in Parijs kunnen wonen, ik denk in Sèvres of Chaville. Mijn huis in Den Haag heb ik ontruimd, of liever, de verhuizers komen morgen. Mijn tijdelijk adres is: 8. Grevelingenstraat, Amsterdam, bij mijn broer, die plotseling naar de metereologie in Indië gaat. Ik ga nog 14 dagen bij hem logeeren, en zoek dan weer een winterkwartier.
Doe mijn groeten maar niet aan de kinderen, als zij er zoo van opkijken, maar wel aan Ann, die tegen den schrik wel zal opgewassen zijn. De "Gids" wacht.
Je
Pom
Verblijfplaats: Amsterdam, Bijzondere Collecties UvA