MATTHIJS VERMEULEN

Componist, schrijver en denker

19270418 Matthijs Vermeulen aan A. Roland Holst

Matthijs Vermeulen

aan

Adriaan Roland Holst

La Celle Saint-Cloud, 18 april 1927

La Celle Saint Cloud (S.-et-O.)

1 Rue de Vindé

18 april 1927

Beste Jany,

Prettig dat je ons in goede herinnering hebt; ik van mijn kant denk met hetzelfde genoegen terug aan die paar dagen, in ons isolement (vrijwillig weliswaar) een zeldzame uitzondering. De zaak met "de Gids", behoudens confirmatie van den secretaris der redactie, is in orde; Rik schreef 't me. Hij stuurde me zelfs 50 guldens als voorschot op het honorarium; "voor de verhuizing" zegt hij. Rik is een beste kerel. Het kapitaal dat voor die verhuizing benoodigd is, 7000 francs, heb ik bij elkaar gekregen in Zwitserland en van..... Zwitsers. Het mag met plezier geconstateerd worden, dat men in de Alpen meer fiducie in mij heeft dan onze landgenooten. Je weet dat ik Greshoff schreef om een inlichting betreffende Indië. Hij heeft me niet eens geantwoord..... Ik vind dit dégoûtant. Ik heb nu aan Albert Besnard1 gevraagd of hij Parijsche Brieven van me zou willen. Zoo scharrel ik sinds enkele jaren rond om de Nederlandsche pers... Als ik een gesyndikeerde vakarbeider was, of een schoolfrik, dan schreeuwde men moord en brand over dusdanige ongerechtigheid. Maar coûte que coûte, mijn inkomsten moeten vermeerderen. Ik dank je voor dat débouché in "de Gids". Het is echter onvoldoende; want het Weekblad van een Amsterdammer, waarmee ik me geëncanailleerd heb voor de vervloekte duiten, betaalt me niet eens... Nog een troep schooiers. Zij beantwoorden niet eens mijn brieven; het is ongelooflijk.

Ik oefen me op de tikmachine, old boy, welke zooals je weet een muziekinstrument is geweest in de aesthetiek van Jean Cocteau toen hij nog niet door de genade, (die hier vast de Muze niet is) was getroffen. Tikkende zou ik met die misères van me zonder er bij te denken nog een half uur door kunnen gaan. Het is waar ik ga nog niet vlug. Het is ook waar dat die ellendigheid me hoe langer hoe meer revolteert, te meer daar de lieden die 't meest kwaad van me spreken, en beweren dat ik den kost niet wensch te verdienen voor vrouw en kroost, de minste medewerking toonen.

Er is overigens hier geen ander nieuws dan dat ik weer aan het componeeren ben geslagen; op een moment dat er absoluut geen rede voor was natuurlijk en dat ik er nauwlijks aan dacht. Ik zie je voor je Atheensche kroegje zitten. Doe jij 'tzelfde... Het is merkwaardig dat jij een voelhoorn bezit voor antieke sculptuur. Ik, die nog een beetje geprepareerd ben, als ik volmaakt oprecht zou moeten zijn, en abstractie zou maken van alle literatuur over het onderwerp, dan moet ik bekennen dat, de Victoire de Samothrace uitgezonderd (en is die nog wel heelemaal echt?) de Grieksche beeldhouwkunst, en de andere trouwens ook, spoorloos langs me heengaat. Ik ben niet visueel aangelegd, en als ik 't was, dan zou het zijn om het te betreuren. De levende gestalte om ons heen geeft me reeds te veel onvervulbare illusies om ook nog de bedrieglijkheden der kunstmatige te dulden. Kunnen wij er iets bij winnen, nog sterker te ondergaan, als we er reeds voldoende onder zuchten, dat wij verre van almachtig zijn en dat de hoogste schoonheid ons gegeven wordt als kwelling? Het is al onduldbaar genoeg in muziek. Wat bovendien de Grieken betreft, ik kan nooit vergeten dat zij de sculptuur alleen goed vonden voor hunne slaven, die weliswaar dikwijls ex-vrijen waren. Doch alle literatuur der wereld zal nooit wegpraten dat de psyche hunner beelden aanzienlijk onder dat princiep geleden heeft. Wat jij trouwens, zij 't in andere overwegingen, ook opmerkt. Maar bij hunne dichters, historici en philosophen zul je niets gewaar worden van dat curieuse evenwicht tusschen ziel en lichaam. De sculptuur is nog een uitvinding van dien Demiurgos die ons elken dag te grazen neemt met de "wonderen der natuur".

Adieu Jany, adieu schrijfmachine. Wanneer ze je tegen "de borst" stuit met hare onvolmaakte rythmen en hare afgrijselijke breedsprakigheid, zeg het me dan ronduit en ik zal je nooit meer als slachtoffer misbruiken....

Handdruk over de Middellandsche Zee en vriendelijke groeten, ook van Anny,

je

Matthijs

Verblijfplaats: Den Haag, Literatuurmuseum

  1. Albert Besnard (1877-1966) was hoofdredacteur van de Sumatra-Post.