MATTHIJS VERMEULEN

Componist, schrijver en denker

19481225 Eduard Flipse aan Matthijs Vermeulen

Eduard Flipse

aan

Matthijs Vermeulen

Rotterdam, 25 december 1948

Rotterdam, 1ste Kerstdag 1948

Zeer geachte Heer Vermeulen,

Mogelijk heeft U gedacht, dat Uw vierde Symphonie weer door mij vergeten was. Dit is niet zoo; het werk boeit mij hoe langer hoe meer; boeien is niet goed gezegd: het laat me niet los.

De bezetting echter, als door U voorgeschreven, is voor ons in de practijk niet mogelijk. Ik krijg de menschen en de instrumenten niet bij elkaar.

En hoe vaker ik Uw symphonie bestudeer, des te meer kom ik tot de overtuiging dat het uiterst moeilijk zal zijn, te reduceeren: zij eischt nu eenmaal die helle, felle, tot harde hout-klank.

Indien mijn werk het eenigszins toelaat, ben ik as Donderdag in Amsterdam. Is het mogelijk, dat ik U ontmoet, om à tête reposée eens te praten?

Mijn orkest is dit seizoen overladen met concerten, vandaar minder "noviteiten" dan gewoonlijk. Voor belangrijke "experimenten" echter reserveer ik nog enkele concerten & bovendien zou ik in Mei-Juni wat bijzonders willen doen. – Géén Beethoven-Cyclus.

10 Jan (R'dam) 12 Jan (Dordt) 23 Jan (Breda) Diepenbrock's Lydische Nacht. In Dordt & Breda N.B. op verzoek! –

Wilt U mij even berichten betreffende Donderdag? Tot Woensdagmorgen ben ik in R'dam.

Met vr. gr, ook aan Uw Vrouw,

Eduard Flipse

Rozenburglaan 70b. tel 20060.

Verblijfplaats: Amsterdam, Bijzondere Collecties UvA