MATTHIJS VERMEULEN

Componist, schrijver en denker

19460420 Matthijs Vermeulen aan Thea Diepenbrock

Matthijs Vermeulen

aan

Thea Diepenbrock

Louveciennes, 20-22 april 1946

Louveciennes

20 Apr. 1946, 's avonds.

Théa, mon beau souci,

mon tendre souci,

(ik denk aan de bloem, maar niet alleen!) met je laatste lucifer heb ik een vuurtje aangemaakt. Jammer, dat de pakjes verboden zijn. Het speet me dat je er zooveel tijd mee verdeed maar 't was knus, intiem ze te krijgen. Ze brachten me in de sfeer van je zorgzame, elke-daagsche bezigheid; ik zag je de inkoopen doen, doos en papier opsnorren, ik zag je vingers de touwtjes knoopen. Daar zat allemaal iets liefs in, iets directs, iets tastbaars. Het was ook een soort reëele tegenwoordigheid-van-je om door je gevoerd (gevoed) te worden. Door wat ik van je at circuleerde je met mijn bloed door mijn lichaam. Ziedaar sensorieele fantasieën welke ik jou nog lang niet zie uitvinden (doch misschien ook wel!) en dat is overigens niet noodig; ieder zijn meug. Maak je voor de rest niet de sappel. Ik heb nog voorraad voor meerdere dagen. En de tijd van de pakjes komt allicht weer terug. Het grappige is dat ook ik deze week herhaaldelijk dacht: ik moet beginnen provisie aan te leggen voor de maand dat Thea komt. Maar ik beschouw die onderbreking onzer alimentaire communicatie heelemaal niet als een streep door de rekening, of als een kort-sluiting op het net, hoor! Den spiritueelen zin dien ik aan het alimentaire geef is totaal ad libitum! dat nam ik er zoo maar bij!

Haal je ook geen muizenissen in je hoofd over dat body van je. Het bewijst alleen, dunkt me, dat je een sensitieve natuur hebt, subtiele zenuwen, wanneer je na een warm bad geen koude douche kunt verdragen. Een gevoelig body is nog geen slap body, ten minste niet per se. Het kan uitstekend werken zoo'n koude aframmeling na een sybarietische warmte, daar zeg ik niets van, maar het blijft toch een artificieel bedenksel en geen enkel naief en onvernikkeld schepsel op Gods aarde zal ze spontaan gaan zoeken, daar kun je zeker van zijn. Ik zou eer gelooven dat juist degene die geen lust heeft (want daar komt 't op neer: je lichaam toont zich afkeerig) in zoo'n afrossing, een natuurlijke, gezonde body bezit, en niet andersom. Daar is in ieder geval veel kans op. Vraag het maar aan onverschillig welk beest. Ze zullen je aan zien komen met je kunsten, met je civilisatie-trucs! Ik heb een heelen tijd lang koude baden genomen totdat het water in de badkuip bevroor, en enkel voor mijn plezier want ik hoefde de chauffe-bain maar aan te stoken als ik het warm had willen hebben, maar voor zoo'n griezelige douche daar zou ik voor bedanken. En waarom zou iemand geen zeer sensitieve zenuwen mogen hebben? Dat beduidt volstrekt niet dat ze maladief zijn, ten minste niet per se. Dat je geen "nerveus" organisme mag hebben is ook een van die moderne beschavings-uitvindsels. Ik zou zeggen: hoe sensitiever hoe beter, op voorwaarde dat je beheerscht. Het zou zelfs niet erg zijn wanneer de sensibiliteit van deficienten, ziekelijken oorsprong was, als je ze maar beheerscht. En kijk slechts even rond in de dieren-wereld. Je zult geen vogel of geen viervoeter vinden die niet is wat wij uitermate nerveus noemen. Dat verhindert ze niet om allemaal goed gezond te zijn. Doch ze hebben zeer gevoelige, snel informeerende, snel reageerende zenuwen noodig. Maar waarom zouden ook wij die niet kunnen gebruiken? En waarom zouden zij ons a priori schaden? Het is verkeerd wanneer iemand als Baudelaire, Rimbaud en een menigte anderen het zenuw-systeem expres gaan ontredderen met alcohol of opwindende middelen om tot een subtielere gevoeligheid te komen. Maar als je die sensibiliteit van nature bezit in een body dat heel wat verduren kan overigens, en je ontwikkelt dat sensitivisme zonder iets te forceeren, te bederven, dan lijkt me dat heel natuurlijk, redelijk, en aanbevelenswaardig. Al wat ik je zeg schijnt me du plus pur bon sens. Ik zie niet de minste aanleiding om hieruit te concludeeren dat "ook physiek" (!) de overeenstemming tusschen jou en mij gelijk nul is!! En al was ze gelijk nul, wat zou dat dan nog?!

Morgen het vervolg mijner wijze bespiegelingen! Ik kan er niets aan doen: een machtig deel van mezelf bemint je body, wordt getrokken naar je body, zou willen vliegen naar je body. Slaap lekker, Thea-lief. Het is wonderlijk wanneer ik dat deel van mezelf raadpleeg, hoeveel 't van je body houdt! Een zoen op je lippen. En word lekker wakker, Thea.

Zondag 21 April

6 uur.

Bonjour Théa, et bonnes Pâques. Heb je een mooie Paschen gehad? Ben je in de nabijheid kunnen komen der hemelsche dingen? Is er vreugde in je hart? Heb je goed kunnen bidden? – Met mij gaat 't niet al te slecht. Ik werkte van ½ 9 tot ½ 3 en kwam eindelijk geradbraakt door de XVIII eeuw heen; in mijn binnenste houd ik weinig van de tijd tusschen 1600 en 1750; de mensch is daar bijna steeds en représentation; theatraal; en dan dat snelle, uniforme Quaker-rythme der allegro's; maar ik had te typeeren en niet te critiseeren ; door den enormen creatieven arbeid is het toch een der grootste perioden van den muzikalen geest. Toen ik klaar was met mijn lastige definieerderij heb ik 't eerste hoofdstuk van 't boekie herlezen, dat ik niet terugzag na October. Het viel me mee. Het empoigneerde me zelfs. Maar dat wantrouw ik altijd. Ik ben bang voor zelfbedrog, of zelfverheerlijking. Ik geloof niet dat ik ooit mijn eigen muziek zou kunnen dirigeeren. Noch spelen. Het is een zonderling sentiment dat ik daartegenover heb. Ongeveer alsof ik tegen Beurstijd midden op den Dam zou moeten gaan bidden. Ik zou dat natuurlijk wel kunnen. Maar ik doe het duizend maal liever niet. Toch is dat herlezen het beste moment geweest van den dag. Na mijn eten (hetzelfde als gisteren, maar met een brok van je vet door de witte kool en je prei) ben ik in den tuin gaan kuieren en sprokkelen. Terwijl ik er was betrok de lucht na een prachtigen morgen. Ik was verbazend vreedzaam in mijn alleenheid; nauwlijks een snippertje melancholie. Gereed om uit te varen, naar het onmogelijke; gereed om ook thuis te blijven, tevreden met het uur.

Dat je op dien Vrijdag, toen ik met je trouwde! niets in die richting bespeurd hebt, behoeft geen bewijs te zijn voor de matige kwaliteit van je voelhorens, dunkt me. Zulke golven kunnen zich bij je transformeeren in allerlei vormen van gewaarwording; een accurate interpretatie door de hersens schijnt me haast ondoenlijk, vooral wanneer de golven goed zijn, want je hebt altijd keus tusschen een hoop verschillende uitleggingen, gesteld dat je bewust zoo'n bericht opvangt. Met mij en Nikker was het heel iets anders. Ik had niet de minste keus te doen tusschen diverse opvattingen. Hij telegrapheerde me altijd hetzelfde. Trouwens een menigte van zijn boodschappen bereikten mij, en ik houd dat voor reeds buitengewoon merkwaardig ook al waren 't immer de zelfde, maar wie zal zeggen hoe dikwijls hij me seinde zonder dat ik 't verstond? zoo geniaal als hij was die kater, hij kon me dat niet vertellen. Het was ook een slechte tijd voor je, midden op den dag, om iets helder te bemerken. Ik vermeld je zoo'n interieure gebeurtenissen van me ook alleen maar curiositeitshalve, of veel juister, omdat ik op het moment dat ze er zijn, en dikwijls daarna, als ik nog onder den invloed ben, ze niet kan verzwijgen. Ik sta zelf menigmaal verbaasd, later, als ik eraan terug denk, over wat ik je schrijf, want al doe ik langzaam en al wik ik mijn woorden, ik heb niettemin (later) de sensatie dat ik menig keer door iets word meegesleept. Wat me indertijd van jou getroffen heeft is hoe je me zei dat je 't wel in de krant zou gelezen of dat je 't wel geweten zoudt hebben wanneer ik dood was gegaan. Op dat nieuws in de krant hadt je lang kunnen wachten! Dat is nonsens. Je hadt 't dus moeten vernemen door je voelhorens. (Stellig was ik 't je komen mededeelen.) De droom dien je gehad hebt over den dood van Anny bewijst overigens afdoende dat je voelhorens van goede kwaliteit zijn.

Je vergist je niet: ik schreef reeds vroeger éénmaal "vrouwtje", in begin November geloof ik, doch vragend: "wat zou je zeggen als ik je zoo noemde?" ik had altijd de sterke impressie dat ik de uitdrukking "mijn vrouwtje" niet kon bezigen, doch wist niet hoe ik dat moest verklaren, wegens de klank of wegens de beteekenis. Ik voelde heel goed je verzet. Ik voor mij erger me niet zoo aan de verburgerlijkten klank; ik hoor 't woord meer middeleeuwsch, als vrouwtje van Stavoren, of vrouwtje van een hert of zoo. Als je daarop trouwens ging letten kon je de helft van 't vocabulaire afschaffen! Maar ik vind 't soms wel verschrikkelijk hinderlijk dat woorden die je eigen woorden zijn wegens den inhoud dien je erin legt, gebruikt en misbruikt kunnen worden door anderen!

11 uur, 's avonds

Gesoupeerd met de kat en een paar uur acoustiek nageslagen in een dik, geleerd boek over Physica. Ik vond er deze komieke definitie van de diatonische toonladder: "L'expérience montre que les mélodies qui charment le plus l'oreille ne contiennent pas tous les sons de la gamme chromatique. Les séries incomplètes de sons qu'elles utilisent constituent les gammes diatoniques." Zoo zie je dat de diatonische scala komt van Schönberg’s 12-toon-systeem! Wanneer ik zulke professorale blunders ontmoet denk ik met de grootste ongerustheid: zou hij over de rest zijner wetenschap even goed zijn ingelicht!? Dat beneemt je allen vasten grond!

Ik ga wat vroeger naar bed; ik heb formidabel slaap. Te lui om je te komen onderstoppen! Doe jij 't mij. Een zoentje Thea-lief. Toch niet zóó lui dat er bij dat zoentje niet iets in mij roert! Goede nacht, en word vroolijk wakker, mijn Thea.

Maandagmorgen 22 apr.

Je bent een echte schat met je brief uit Arnhem en je lucifers. Een echte schat, Thea.

Vanochtend 6 uur werd ik wakker alsof ik een paar flesschen wijn had naarbinnengespeeld, doch met al mijn positieven bij elkaar. In dien roes lag ik eerst aan jou te denken. Toen kwam ik er plotseling achter, wie (en hoe) de muzikale trillingen ontdekt heeft. Dat vin je in geen enkel boek n.b.!

Het verheugt me buitengewoon (als een kapitaal feit!) te kunnen bewijzen, onaanvechtbaar, (werkelijk onbetwistbaar) dat onze muziek de Eenig-Ware, de Eenig-Eeuwige is!

Ik breng dit naar de post, want 't kantoor sluit te 12 uur, en je brief kwam laat.

In Thea's armen, op Thea's lippen

je Matthijs.

Verblijfplaats: Amsterdam, Bijzondere Collecties UvA