MATTHIJS VERMEULEN

Thea Diepenbrock

aan

Matthijs Vermeulen

Amsterdam, 5-6 januari 1946

5 Jan. '46

Lieve Matthijs, vanmiddag heb ik 2½ uur redevoeringen aangehoord, 13 wouwelaars die de Federatie van vereenigingen van beroepskunstenaars (hoe vind je zoo'n naam!) ten doop hielden. Jany zat naast me en deed naar welbehagen tukjes. De eer van zijn gezelschap dankte ik aan het feit, dat hij over jou wilde praten. Dat hebben we dan ook gedaan na afloop van het gewouwel, na afloop van de "slagregens van platitudes" (Jany). Hij zal het je zelf ook wel schrijven wat hij op het oog heeft. Ik vind het nog een beetje twijfelachtig, maar wie weet wordt het iets. De uitgever v. Eugen heeft gezegd: laat hem maar overkomen, dan zal ik hem wel opdrachten geven, waarvan hij bestaan kan. Dat lijkt heel aardig, maar noch Jany noch ik geloovenererg in – die man zegt wel meer zulke lichtvaardigheden. Beter zou zijn een baantje bij een op te richten muziekbibliotheek, die geen gewone muziekbibliotheek is, maar waarvan ik geen hoogte heb wat zij precies worden moet (en Jany, geloof ik, ook niet.) Hij heeft daar met Sanders over gesproken, die in het bestuur zit van de Stichting Muziekbelangen, waar dit initiatief van zal uitgaan. Maar de gedachte hiervan, het plan tot deze oprichting is van Reeser en nademaal die op 't oogenblik alles te zeggen heeft, zou die moeten meewerken. Van Jany heb ik begrepen dat Sanders er met H.E. over gesproken heeft en dat H.E. het goed vond. Maar mij overtuigt dat nog niet, want iedereen krijgt van H.E. altijd den indruk dat hij alles goed vindt en dat valt lang niet mee, bovendien heeft hij het land aan Sanders – Van de kant van het Departement d.w.z. van Reinink of van Pom is dus blijkbaar niets te verwachten, zooals ik ook al dacht, of je had Pom zelf in den arm moeten nemen. Jany lijkt het beter voor je dat je hier komt – wat hij je trouwens ook schreef. Hij vroeg me of ik dat ook niet vond. Ik ben daar aarzelend over. Met ons tweeën hangt het niet regelrecht samen, dunkt me, want ik zou je armoede kunnen komen deelen: jij zoo verder levend van een boekie hier en daar, en ik van mijn f 1000,- rente per jaar + wat de menschen ons zouden willen toestoppen. Dus los daarvan gezien: ben je beter hier of daar? Wat vind je zelf? Je bent gehecht aan L. Je verlangt aan de andere kant ook wel naar Holland. Maar mijn bezwaar tegen Holland is, dat het hier haast onmogelijk is zoo'n kluizenaarsleven te leiden als jij gewend bent; iedereen leeft hier het doorsnee-leven van iedereen – valt daaraan te ontkomen? Iets anders is of ik L. zou uit houden, of ik überhaupt dit hier allemaal op kan geven en of het dus tòch met ons samenhangt of je hier zou komen. Ik weet het allemaal niet. Denk jij eens hardop hierover, wil je? Ik denk wel dat die bibliotheek nog wel een heel tijdje op zich zal doen wachten. Misschien zou de combinatie van dit vooruitzicht met dat voorstel van dien uitgever genoeg vastigheid geven om plannen te maken? We zullen er nog eens wat nachtjes over moeten slapen, te beginnen met dit nachtje! Bonne nuit.

Driekoningen.

Vandaag den heelen dag gestudeerd en gerepeteerd. Gisterenavond was ik nog even bij Charles Munch binnengeloopen – dat viel me niet mee na wat ik erover gehoord had. Na vanochtend in bed heb ik nu geen oogenblik met je bezig kunnen houden, ik voel me zoo droog als ik weet niet wat – vergeef het me maar, als het een erg dor briefje is. Mijn gevoel is hetzelfde, maar de fantasie is dood. Ik ben reuze moe en zonder viatiek kan ik me daar niet bovenuit hijschen. Omhels me toch maar – je Thea

Verblijfplaats: Amsterdam, Bijzondere Collecties UvA