MATTHIJS VERMEULEN

Componist, schrijver en denker

19451204 Matthijs Vermeulen aan Thea Diepenbrock

Matthijs Vermeulen

aan

Thea Diepenbrock

Louveciennes, 4-5 december 1945

Louveciennes

4 Dec.

's avonds

Lieve Thea,

Even nog met je praten voor bed-tijd. Ze hebben me vanavond reeds anderhalf uur in 't donker gezet; voor de rest zullen zij me wel met rust laten. Wanneer ben je in Loenen, Dinsdags of Woensdags? Het zou prettig zijn me te kunnen zeggen: "Zij zit me óók te schrijven." Ik kan je niet uitdrukken welk gevoel 't mij geeft (dankbaarheid, vreugde, verteedering, verbazing, alles door elkaar) om te denken: "Het laatste uur van een vermoeienden dag schenkt zij nog aan mij." Ik vraag me met bewondering, met verrukking: "Wat zou zij nògdoen, "mijn dapperen", wanneer zij werkelijk van mij hield, wanneer ik erin slaagde haar "liefdevermogens" te wekken? Je laisse cela à la grace de Dieu. Jammer dat ik het kwartier niet kon kennen waarop ik je aan de Radio zou vinden. Vroeger bestonden er internationale programma-gidsen; doch die zijn nog niet herrezen uit de ruïnes. Ik gaf er wat voor om je te hooren. Ik gaf er wat voor, om, tegen je piano leunend, jouw ziel te voelen weerklinken in mij, en over mijn gezicht jouw zang te voelen ritselen. Kun je van die "katterigheid om zonder publiek te spelen" je niet afhelpen door je ergens in een kamer een idealen hoorder te suggereeren? Of door je geheel te laten verzinken in de muziek, te vereenzelvigen met den auteur? Wat ik je ook nog vragen wou: Meen je niet dat de meeste uitvoerende artisten, wanneer ze een voldoende technische hoogte en zekerheid verworven hebben, zich in 't algemeen nog veel te dikwijls laten hypnotiseeren door de herinnering aan de overwonnen materieele zwarigheden, en zich daarvan niet genoeg kunnen verlossen om den instinctieven muzikalen stroom volle vrijheid te verleenen? Mij dunkt, dat op een zeker punt van techniek de zuivere geest "wonderen" moet kunnen verrichten, wanneer men hem bewust, spontaan en met vertrouwen ter hulp neemt, aan 't werk zet. Alles moet dan gaan. Of zou dit een theoretische, "dilettantische" visie van mij zijn? Ik kan 't moeilijk gelooven. Met den geest vermag men alles, vooral op een zeker punt van solide techniek. Denk daar eens over in je volgende autobus. Wat zijn dat voor akeligheden, welke Mevr. Noordewier heeft met haar zoon? Had zij ook al niet reeds akeligheden met haar man? Vreemd, vroeger, in haar beste periode, en hoe mooi zij ook zong, ik had steeds den indruk van iemand die psychisch gevangen zit, die niet de gave heeft van het geluk, die in een staat van ongenade verkeert, en ondanks de pracht van haar zang heb ik nimmer een waarlijke schoonheidsontroering van haar gekregen. Het is zeer moeilijk om in gevallen gelijk die twee georchestreerde deelen der Mis precies te weten wat je doen moet. Ik heb er ook nog met je vader over gesproken; maar hij wilde er niet van hooren. Om uitsluitend religieuze overwegingen. Voor zijn innerlijk was de muziek verbonden, vereenigd met de gewijde handeling, het Offer, het Liturgisch Drama. Bevinden zich in zijn brieven geen uitingen van deze zienswijze? Ik ook nu, ik kan mij het thema van het Kyrie (het biddendste, hopendste, overgegevenste Kyrie-thema dat ooit gevonden werd) niet meer voorstellen in een concert-zaal, en voor een concert-publiek. Nog een andere vraag: Je spreekt van een partituur-in-klad. Weet je zeker dat de instrumentatie heelemaal in orde, "au point" is? Ik begrijp dat je verlangend bent om dat te hooren klinken. Maar vergeet niet dat zelfs in geval van een volkomen réussite de Mis als Mis er niets bij kan winnen, en dat de Mis als Mis, mocht de réussite der orchestratie zóó overtuigend zijn, er zelfs bij zou kunnen verliezen. Voor mij ware dat een heele gewetens-zaak welke ik niet zou weten op te lossen. Maar als je eenmaal je toestemming gegeven hebt, en als de verwezenlijking reeds in gang is, dan zou ik als ik jou was het verloop maar met vertrouwen tegemoet zien en de dingen nemen gelijk ze gekomen zijn. – Goedste nacht nu, liefste. Het stormt. J'ai l'âme inquiète de son amour. Word wakker morgen met een lieve gedachte naar me.

5 Dec.

einde van den morgen.

Merci pour aujourd'hui; merci pour cette journée. Ik hoefde, en nauwlijks kon ik meer verinnigd met je worden; maar nog meer, nog teederder ben ik met je verinnigd door je brief van Donderdag 29. Hoe lief, hoe onwaardeerbaar en onvergelijkbaar lief, weet je te zijn, en ben je, alleen reeds door dat eene zinnetje "en omdat jij het misschien zou willen". Ik voel en weet alles wat ik daarin lezen kan; ik voel en weet, en onderga met de verwarmendste ontroering heel den verborgen gloed en heel den verborgen rijkdom van gemoed, en ook zijn bewonderingswaardige subtiliteiten, veredelingen, welke zulk een zinnetje inhoudt, welke het afstraalt als een korreltje van onschatbare delfstof. En hoe begrijp je alles! Ik heb je dus niet meer te zeggen dat het woord "liefste" langzaamaan voor mij van physionomie verwisselde, veranderde. Maar je weet nu ook reeds hoe ik nog duchten kan, dat je mij alleen laat, en voor een leegte plaatst, nu het woord "liefste" jouw gelaat, jouw gestalte, en jouw klank kreeg, aannam. Maar nee, liefste, ik wacht niet op een belofte van je, hoe dankbaar me een belofte van je mij ook bewegen zou. Want ik weet te goed hoe een natuur als de jouwe geen belofte noodig heeft wanneer zij eenmaal bemint, en hoe het beminnen-zelf voor haar onkreukbare belofte wordt. Heb ik genoeg opdat je mij beminnen kunt gelijk ik jou bemin? (onweerstaanbaar, ja; doch ik zie zeer goed, zeer duidelijk je eigenschappen, en zonder die eigenschappen zou mijn liefde dat onweerstaanbare niet hebben) heb ik genoeg om die liefde van jou te winnen?: ziedaar de heele vraag. Maar ik zeg je nòg eens: de hoop gehad te hebben diezelfde liefde te verwerven is mij reeds geluk geweest, volmaakt geluk. En je was de mijne, twee maanden lang, over alle afstanden heen. En ook nu nog ben je de mijne, in deze vervoering waarmee ik het je zeg. In mij kan voortaan niets die eenheid breken. En altijd zal ik je dankbaar blijven. En altijd zal ik je adoreeren, al ware het slechts in mijn herinnering. En altijd zul je zijn voor mij mijn Thea.

Merci pour cette journée

van je Matthijs

Overweeg zorgvuldig wat ik je gisteravond zei over de Mis. Ik raad je niet graag iets wat je zelf niet geheel wenscht. Het zou me nog erger spijten je niet aangeraden te hebben wanneer later blijken mocht dat die raad nuttig had kunnen zijn. Voor mij is 't een heele gewetens-zaak. Ik zeg me: D. heeft gedurende meer dan tien jaar zijn opinie over een Concert-uitvoering der Mis niet kunnen, niet willen wijzigen. Er is dus veel kans dat ook nu nog zijn opinie niet veranderd is. Je eerste impuls was wellicht de juiste. In 't algemeen moeten wij de wensch van overledenen eerbiedigen, vervullen, vooral wanneer die wensch komt uit hun diepste gedachte, samenhangt met hun essens. Het spijt me je te moeten stellen voor dit probleem. Doch is de verwerkelijking reeds gaande, wacht dan den uitslag met vertrouwen. Ik heb misschien ongelijk met mijn zwarigheden. Hoe het te weten? Met de Mis als Mis wil ik zeggen de Mis in de kerk.

Verblijfplaats: Amsterdam, Bijzondere Collecties UvA