MATTHIJS VERMEULEN

Componist, schrijver en denker

19451107 Matthijs Vermeulen aan Thea Diepenbrock

Matthijs Vermeulen

aan

Thea Diepenbrock

Louveciennes, 7-8 november 1945

Louveciennes

7 nov. 1945

Lieve Thea, jij,

al wat ik niet heb,

al wat er zonder jou niet is,

al wat ik zoek,

en al wat ik buiten jou niet vind.

Even een beetje warmte met je wekken en licht. Want dat moet immer weer opnieuw geschapen worden. Onze taak.

Vanochtend toen ik buiten trad, kwam de kat mij tegemoet met een muis in haar bek. Zij brengt mij altijd haar prooien hoewel zij heel goed weet dat ik haar bedrijf afkeur. Ik zag onmiddellijk dat het beestje nog leefde. Maar de kat herinnerde zich direct dat ik het beestje wilde, sprong op zij, en ging een eind op den loop. Ik gebruik al mijn toovermacht om haar te lokken. Zij houdt van me, kan niet weerstaan en laat zich grijpen. Ik snoer haar de keel toe tot het muisje uit haar muil valt. Het is dik en poezelig. Het huppelt langzaam weg tusschen de dorre bladeren, terwijl ik de kat, die het achterna wil, met mijn klauwen bedwing. Het muisje maakt geen haast. Het heeft vertrouwen in de Hemelschen Vader.

Zulke dingen gebeuren mij meermalen en zij pakken mij dieper aan dan alle menschelijke tragedies. Toen ik wakker werd wist ik reeds dat zoo iets mij wachtte. Want ik aarzel altijd, met een huivering, tusschen wat ik dan doen kan. Het drama zijn beloop laten? Of tusschen-beiden-treden? Mededoogen of geen mededoogen? Recht uitoefenen in het menschen-rijk is zoo van-zelf-sprekend. Maar in het dieren-rijk! Het is me alsof ik dan van natuur verander en dit geeft me, vooral de laatsten tijd, een gewaarwording, mengsel van verrukking en schroom, welke ik niet beschrijven kan, noch in haar kleur, noch in haar felheid. Wanneer er nog behoud is voor de prooi kies ik altijd het mededoogen. Maar bijna ondanks mijzelf, bijna tegen mijzelf. Verleden zomer heb ik een jong vogeltje, het was een merel, driemaal gered op één dag. De vierde keer kwam de kat wéér met hem aandragen, in haar oogen een air van uitdaging, alsof ze zeggen wou: ik ben sterker dan jij, ik ben sterker dan alles! En die vierde keer was het vogeltje gewond en verloren. Zij heeft hem niet eens opgegeten! Welk een démenti op den Hemelschen Vader! Alsof de goedheid niet bestaan kan van nature; alsof zij met geweld en met hardnekkigheid veroverd, gecreëerd moet worden. En alsof "iemand", ergens daarginds, van mij verwacht dat ik de Hemelsche Vader zal zijn; en dat ik niet falen mag! Alsof "iemand", ergens daarginds, mij op de proef stelt. Onmogelijk dat gevoel in woorden weer te geven. Het is uitermate zacht, en uitermate verscheurend. Het voert veel verder dan alle extase. Ik ben er bang van. Maar ik kan het niet ontwijken. Ik moet volharden. Dat is wellicht ook onze taak. Het is de kat die mij haar brengt. Nu slaapt zij daar op mijn divan. Zij weet dat niemand in hare wereld haar aaien kan als ik!

Voilà beaucoup de bruit pour une souris. Geen brief van je, dezen morgen. Ook dat wist ik toen ik wakker werd.

Ik moet nog terugkomen op die machinist van je. Jammer (voor mij) dat hij geen geur had. Waarom zeg je zoo drastisch "hij stonk naar niets"? ik ken enkel het "ruiken"; het is voor mij niet aangenaam of onaangenaam; doch veel subtieler; iets als: gunstig of ongunstig, heilrijk of onheilrijk. Een groot deel mijner verkeersmiddelen geschiedt bij mij door den neus, evenals bij de dieren. Wanneer ik bij iemand de voordeur binnentreed weet ik reeds welke "atmosfeer" er heerscht en hangt. Dat is drommelsch gemakkelijk voor me, en meestal drommelsch vervelend. Maar dat is bijzaak. Wat ik (zwaar-op-de-handsch als ik ben!) je eigenlijk wil doen observeeren is dit: jouw "kerk-wetten" zijn véél elastischer dan mijne "wetten". Ik zou mij zulk een contact tusschen man en vrouw, en de lichamelijke, vitaliseerende, griseerende (dronken-makende!) radiatie ervan nimmer kunnen veroorloven, buiten iets wat voor mij "wet" is, buiten een persoon die voor mij "wet" wordt; en jij moet in dien nacht stellig dat roezige, dat vitaliseerende gevoeld hebben! Je smokkelde dus, zou ik haast zeggen. Er is in mijn binnenste iets onverzettelijks, iets diamanterigs, iets onslijpbaars, dat mij zulke contacten (hoe zal ik ze noemen? vluchtig? goedkoop? allegaarsch?) verbiedt, ofschoon ik er buitengewoon toegankelijk en vatbaar voor ben. Ik zie heel goed dat ik daarmee de quantiteit mijner mogelijke genoegens danig beperk, doch al scheld ik me uit voor stommerd, ik kan niets daartegen doen. Voor dat meer-dan-staal-harde "geweten" van me mag bij mij alles tusschen twee die wet werden voor elkaar, en mag niets meer buiten die twee. Waarschijnlijk decreteert mijn "binnenste" dat zoo voor mijn welzijn, als maatregel van zelf-behoud. Ik ben een der zonder twijfel schaarsche mannen die nimmer een voet gezet heeft in een bordeel. Ik zou dat niet eens kunnen, hoewel de grove bekoring van zulke gelegenheden mij geenszins ontsnapt, hoewel ik uiterst gevoelig ben voor een "venusberg"! Misschien schrik ik je af met dergelijke bekentenissen? Ik ben veel en veel strenger dan jij, en dan een hoop andere menschen. Ik heb b.v. nooit kunnen begrijpen dat een type als Léon Bloy, terwijl hij in Cochons-sur-Marne zijn apocalyptische jeremiades noteerde overdag, 's avonds een biertje kon gaan drinken en zijn krant kon gaan lezen in een kroeg dier localiteit. Daarin hindert me een gebrek aan evenwicht, iets uit-den-haaksch, een stijlloosheid, welke ik niet verduwen kan, en die ik voor mezelf resoluut verwerp, hoewel ik het prettige van een biertje drinken of een kaartje leggen uitstekend inzie. Helaas! "Hoe dat te overbruggen?" hoor ik je zeggen!

Et tout cela pour une souris. Mais si tu avais vu ses deux petits yeux noirs, qui imploraient je ne sais quoi! qui demandaient quelque chose au-dessus de tout ce qu'on peut donner!

Onbruikbaar, vrees je niet? Ik zou willen vluchten. Maar waar? Waar anders dan bij mijn liefste? Ik ga nu wandelen met je naar den ondergang der zon.

Wees genadig voor je Matthijs.

Gisteren heb ik me te schematisch en onbegrijpelijk uitgedrukt. Ik bedoelde: Het is de oude kerktoon (waarvan de mineur-toonladder is afgeleid) welke voortkomt "uit de natuur".

Hoe kan iemand je oplichten die je te veel geld biedt?? Uit voorzorg heb ik hem een contractje gevraagd. Monnikendam deed zich bij mij voor als een vurig katholiek; maar hij sprak kwaad van Sanders, wat mij mishaagde. Altijd dat kwaadgespreek!

Ik ken Sonate op. 1 niet van Alban Berg. Maar in zijn laatste viool-concert vond ik prachtige, zeldzame en menschelijke expressies. Hoe is de sonate?

Het is me nooit gelukt om te houden van Bela Bartok.

Beschouw mijn logge consideraties over dien machinist in 's hemels naam niet als een "afkeuring". Ik begrijp dat zoo goed. Ik ben blij dat hij je een nacht lang "op de been" geholpen heeft. Ik zou dezen brief eigenlijk liefst verfrommelen, maar 't is te laat om een nieuwen te beginnen.

Hoe pitoyabel die eind-episode van D. Ik kon dat canailleuze creatuur niet luchten. Onder de brieven welke ik bij mijn vertrek van De Telegraaf in de la van mijn bureau achterliet waren er ook van haar!

Ik speelde Zondag-morgen toevallig Le Balcon door, dat ik in een jaar niet gezien had, en kreeg opeens verbazende zin om het je te sturen. Ik zou je opinie wel willen kennen. Ikzelf kan er niet tegen, en zou het, zeker nu, niet willen hooren. Maar 't moet liggen voor Joanna. De omvang is [in notenschrift: d1 – e2] bij uitzondering in de hoogte; alles medium.

Van Wezel heeft mij geschreven? Ik ontving niets. Zeg hem dat bij gelegenheid. Hoe is hij tegenwoordig als violoncellist? Die tweede sonate van me is nog altijd aan hem opgedragen! Weet je nog dat je daar prima vista een stuk uit spelen wilde toen je hier was? Weet je waarom ik dat afsloeg? Ik dacht: "Si elle le joue bien, je suis "perdu"."

Ik citeerde je Max Reger dezer dagen. Die onmusische, pruisische ossen-figuur had een ongelooflijk zachten, soepelen, weeken aanslag!

Het mooiste spel dat ik ooit hoorde was van Debussy.

Zou jou nog wel eens willen hooren; en dikwijls. Je t'embrasse. Je t'embrasse.

Verblijfplaats: Amsterdam, Bijzondere Collecties UvA