MATTHIJS VERMEULEN

Componist, schrijver en denker

19430329 Thea Diepenbrock aan Anny Vermeulen-van Hengst

Thea Diepenbrock

aan

Anny Vermeulen-van Hengst

Amsterdam, 29 maart 1943

29 Maart 1943

Lieve Anny, Veel dank voor je brief. Als het mogelijk is in Frankrijk voldoende op peil te blijven, is het natuurlijk normaler dat je niet van huis gaat. En die boerin in de buurt van Angers is misschien goud waard? Allicht zal het je nu na den winter, of liever gezegd, na het vroege voorjaar, dat de aangrijpendste tijd van het jaar is, weer beter gaan. Het hier-komen zou alleen dan aangewezen zijn als je thuis, zooals je laatst schreef, van geen nut was en als je toestand zoo zorgwekkend was, dat je je mannen nog meer zou verlichten door weg te gaan, omdat ze dan wisten dat er aan je gewerkt werd om je op te knappen op een manier zooals dat thuis niet zou kunnen gebeuren. In dat geval zou ik in jouw plaats ook heelemaal geen scrupules hebben en dan zou ik ook den heldenmoed om tòch te willen blijven misplaatst vinden – ik geloof zelfs niet dat mannen die apprecieeren... Maar het is moeilijk daarmee rekening te houden, want het zijn ondankbare wezens! Dat wou je immers zeggen, hè? – En als ìk het nu zeg, protesteer je dan? Als ik tegen een jongetje, dat altijd vreeselijk hard op de piano slaat, zeg: toé, speel eens een beetje harder, dan speelt hij zacht! Dat schijnt erg menschelijk te zijn. Ik begrijp dat je je ook wel eens, terugkijkend op die 25 jaar, een beetje over M.V. wilt beklagen, maar als ìk hem zou aanklagen, zou je al gauw op je achterste "dwergen"-beenen staan, denk ik! Intusschen is een kunstenaar natuurlijk altijd eenzaam, dat kan nu eenmaal niet anders, wat voor vrouw hij ook heeft, en van die eenzaamheid zijn "barbaarsche uitingen" allicht het gevolg!

Ik vind het altijd zoo merkwaardig dat jij nog komt tot lezen – daar laat je dus het huishoudelijk werk gewoon voor in de steek. Dat kan ik niet: als ik denk "nu moet dit of dat nog", dan heb ik geen rust in me. Maar ik geloof niet dat het goed is. Zooals ik nu leef, is er geen gevaar, want ik heb evenveel – laten we zeggen – intellectueel werk als huishoudelijk werk en ik hoef daarom niet te versuffen. Maar als ik alleen maar huisvrouw was, zou ik waarschijnlijk nooit lezen, als ik niet bepaald tijd over had, en die zoù ik nooit hebben, want vrouwelijke bezigheden zijn oneindig als je in je omgeving een beetje helpen wilt. En het gevolg zou zijn dat ik intellectueel insliep. Dat gevaar heb jij vermeden. Ondertusschen kan ik me begrijpen dat het je nu hindert in de rommel te zitten en het lijkt me dan ook een goed idee een beetje hulp te nemen. Waarom ik dacht dat Onnen je zou kunnen helpen? Omdat ik dacht dat een man die alle correspondenties uit Parijs, ik bedoel van alle kranten, heeft weten te bemachtigen, en die een beetje een rol wil spelen bij "uitwisselingen", dat zoo'n man allicht een handige knaap is, die ook op andere dingen wel de hand weet te leggen. Ik heb geen enkele reden hem niet te mogen, ik heb hem nooit gesproken, maar de combinatie journalist-impresario is toch wel om een beetje beducht voor te zijn, rein menschlich gesproken, vind je niet? Ik hoorde van iemand, Brandts Buys had een brief uit Parijs gekregen waar in stond dat de 3e symphonie (van M.V.) zou worden uitgevoerd. Is dat een misverstand? het slaat zeker op de 2e cello-sonate, niet? Laat je man alsjeblieft tegen Ruyneman niets over mij zeggen: dat geval is al zoo eindeloos lang geleden, hij is het zeker vergeten. Waarom wilde je dat ik Dresden bedankte? hij heeft niets voor jullie gedaan (kan hij trouwens ook niet). Sinds ik verleden jaar Juni bij hem geweest ben, heb ik hem niet meer gezien. Er was sprake van dat hij naar Amsterdam moest verhuizen, maar die maatregel is weer ingetrokken. Zijn gemengde huwelijk beschermt hem op het oogenblik nog.

Vind je Bloy zóó vreeselijk? Die ontzettende hoogmoed is mij ook antipathiek, maar hij had toch een geweldige vurigheid en integraalheid die niet voor de poes is, om het maar eens huiselijk uit te drukken. Het is jammer dat hij niet iets minder strenge eischen stelde, dan was hem veel leed bespaard gebleven. Maar juist die felheid is ook weer zijn vreugde geweest, want zijn godsdienstige vreugden zullen wel heel groot geweest zijn. En weet je, omstreeks 1890 al op diè manier Katholiek zijn, niet op de artistiek-dillettanterige manier van zoovelen, maar op een zeer innerlijke wijze dat getuigt toch van een bijzondere begaafdheid: hij was zijn tijd vooruit, en wie dat is, is niet zonder talent. Là-bas heb ik niet gelezen, wel A rebours en En route, die me, ieder op hun manier, geïnteresseerd hebben. Ik heb nu de bekeering van Retté gelezen, Du diable à Dieu, een voor dien tijd heel typeerend boek.

Ze zijn alsmaar aan 't schieten, vandaar dat ik nog tot laat zit door te schrijven, je slaapt daar toch niet makkelijk doorheen. La Veille hebben we dit week-end twee keer gezongen: eerst voor jonge, nogal ontvankelijke menschen, leeraren en dergelijke, die er erg door getroffen waren, en toen voor een stel rijke lieden, die er niet speciaal op gereageerd hebben, trouwens nergens anders op – ze hadden "erg genoten"! –, maar onder wie gelukkig één mevrouw was met trillingsvermogen, een zuivere en diepe ziel, die erdoor gegrepen was en er een heel tijdje met ons over gepraat heeft. Wij zelf hebben het, geloof ik, niet zoo goed uitgevoerd als verleden jaar: we teerden teveel op de emotie van toen en hebben niet genoeg tijd gehad om er weer veel mee bezig te zijn.

Zeg, dat is goed dat Donald zijn bachot nog niet doet, daardoor worden vanzelf allerlei moeilijkheden vermeden. Josquin is nu waarschijnlijk blij met zijn ziekte. Nu, houd je maar goed en blijf maar hopen op je miljoen, of eventueel wat minder! Veel hartelijks,

Thea

Verblijfplaats: Amsterdam, Bijzondere Collecties UvA