MATTHIJS VERMEULEN

Componist, schrijver en denker

19411221 Thea Diepenbrock aan Anny Vermeulen-van Hengst

Thea Diepenbrock

aan

Anny Vermeulen-van Hengst

Amsterdam, 21 december 1941

21 December 1941

Lieve Mevrouw, we hebben gisteren La Veille gezongen, in Arnhem voor een vereeniging voor moderne muziek. De reactie van het publiek was niet precies te registreeren, want de menschen klapten na elk nummer erg enthousiast, maar ik denk zeker dat het de meesten erg gepakt heeft. Recensies denk ik niet dat erover verschijnen, want de organisator van die concerten maakt nogal een onder-onsje van zijn vereeniging. Er waren ongeveer 50 menschen, denk ik. Wij hebben het lied gedurende de heele oorlog niet gezongen, het ging niet, eenerzijds was het te èrg en anderzijds stond het te veraf, doordat die stemming van den wereldoorlog toch weer heel anders is dan de tegenwoordige. Maar nu hadden Joanna en ik ineens het gevoel dat het weer kon, en wij hebben er weer hard op gewerkt en het is mooi gegaan. Bij "Vous n'avez point dormi comme les onze Apôtres" werd Joanna schor van aandoening. Het was een mooi programma: Fauré, Debussy, Roussel, Nin, pauze, Vermeulen, H. Andriessen, Diepenbrock. Mevrouw v. Erven Dorens-Bonnike1 vroeg in de pauze naar uw man; – heeft zij hem soms persoonlijk gekend of alleen maar als recensent? in het eerste geval zou ik haar een bedelbrief schijven! Ik vertelde wel van de situatie waarin u verkeert, maar daar kwam niet veel reactie op.

Wat de bereikbaarheid van Holland betreft, heb ik gedacht of Honegger misschien wat mee zou kunnen nemen. Hij dirigeert hier 15 januari – daarna komt er niemand meer uit Zuidelijke gewesten. Is hij in Frankrijk? en zou u hem kunnen bereiken? en zou hij eenige moeite voor een ander over hebben? Het kan zijn dat zonder uitzondering het over-de-grens-brengen van geschreven muziek verboden is, maar het zou ook kunnen zijn, dat aan een man als Honegger, wiens papieren voor die reis natuurlijk al lang goed in orde zijn, vergunning gegeven wordt. Hij zou dan de Sonate voor v. Wezel mee kunnen nemen en de partituur van de 4e symphonie voor Flipse of v. Beinum. Flipse zou voor een uitvoering, dunkt me, eerder te vinden zijn dan v. Beinum, die over weinig repetitietijd beschikt. Over wat u schrijft in verband met de uitvoering der 3e symphonie en wat daarmee samenhangt, ben ik het niet met u eens. Ik begrijp het wel dat u zoo denkt, omdat u nog altijd idealist bent, maar het is niet juist: u vergeet dat er voor het Concertgebouw alleen maar commercieele overwegingen bestaan. De "artistieke leiding" voelt niets voor moderne werken, omdat ze geen publiek trekken, en v. Beinum? die is ten eerste maar ten deele vrij in de keuze van zijn programma's en hij is verder een virtuoos als een ander: hij voert graag dingen uit waar hij succes mee heeft en moderne muziek heeft nooit succes, tenzij er een of ander toevallig snobisme in het spel is. Nog altijd is het zoo, dat een modern Nederlandsch werk nooit meer dan één keer op het programma komt. Een 1e uitvoering is iets waarmee je voor den dag kunt komen, maar een 2e uitvoering van een Nederlandsch stuk is onwelvoeglijk. Nu het departement heeft voorgeschreven dat 20% van de programma's uit Nederlandsche muziek moet bestaan en men zich dus door dat departementale voorschrift gedekt zou kunnen voelen, worden toch nooit herhalingen gegeven, maar alleen flauwe nieuwigheden van een minuut of 8. Hendrik Andriessen heeft een symphonie geschreven enkele jaren geleden, waarvan het eerste deel werkelijk bijzonder mooi is; de andere deelen zijn veel minder, maar om dat eerste deel is het heele werk toch erg de moeite waard. Denkt u dat het stuk na de 1e uitvoering ooit herhaald is? Nu heeft v. Beinum aan Andriessen gevraagd om "een kort werk" (!!), met lange symphonieën kon hij niets beginnen. Van een "laten schieten" van uw man kan nooit sprake zijn, want hij heeft hem nooit beet gehad! De 3e symphonie is uitgevoerd door Maneto en omdat v. Beinum een goed vakman is, heeft hij zijn best gedaan en de symphonie zoo goed mogelijk ingestudeerd en uitgevoerd. Maar daarmee was het ook afgeloopen. Hij was eenvoudig gehuurd door Maneto. En wat de sournoise blikken betreft, die zijn bij de uitvoering van elk nieuw werk te zien. Die muzikanten zijn immers in hoogeren zin niet muzikaal, een enkelen uitgezonderd. Over Badings en alle anderen maken zij net zoo goed hun minderwaardige geintjes (of gijntjes?). De tegenwerking die uw man vroeger heeft ondervonden van de kant van de Joden, kan ik niet beoordeelen; u weet, ik ben anti-Semitisch opgevoed en ik wil het dus graag aannemen, maar dat die in 1939 nog doorgewerkt zou hebben, lijkt me heel onwaarschijnlijk, laat staan dat daarvan in Amerika nog iets te merken zou zijn.

Denkt u dus eens over Honegger. Als er copieën bestaan van de Ave's, houden wij ons natuurlijk aanbevolen! Marcelle Meyer is hier geweest, heeft in Leiden gespeelde hoe ze daaraan kwam, mag de hemel weten, maar ik geloof niet dat er verder nog iemand uit Frankrijk te wachten is.

Het is jammer van de kiekjes, en hoe zot! Erg naar vind ik het voor Josquin, dat het niet over is. Mocht het werkelijk niet genezen zijn, is het dan niet van belang dat hij een rustig leven leidt? Is het dan niet mogelijk iets van een gemakkelijk kantoorbaantje voor hem te vinden? Of is dat heelemaal niet in overeenstemming met zijn neigingen?

Begin Dec. heb ik u nog eens f 200,- gestuurd, dat heb ik u geschreven. Met 1 Januari zal ik het niet kunnen doen, maar in Februari zal ik weer wat zenden. Zooveel mogelijk goeds wensch ik u toe voor het nieuwe Jaar!

uw Thea

Verblijfplaats: Amsterdam, Bijzondere Collecties UvA

  1. Bedoeld is Emilie van Erven Dorens-Bonnike, illustrator.