MATTHIJS VERMEULEN

Componist, schrijver en denker

19320615 Matthijs Vermeulen aan Uitgeversbedrijf De Spieghel - concept

Matthijs Vermeulen

aan

Uitgeversbedrijf De Spieghel

 

Louveciennes, 15 juni 1932

 

15 Juni 1932

Zeer Geachte Directie,

In antwoord op Uw schrijven van 7 dezer heb ik de eer U het volgende mede te deelen.

De oorspronkelijke zetting van De Eene Grondtoon besloeg 77 pagina's, gelijk ik U kan aantoonen door de drukproeven waarop ik corrigeerde en welke ik naar gewoonte bewaarde.

De nieuwe pagineering (die van typografisch standpunt absoluut vereischt was) vermeerderde de uitgave dus met slechts 5 pagina's.

Er is bijgevolg wel degelijk sprake "van een vergissing bij de berekening van het honorarium".

In recht en in feit heb ik dus nog van U tegoed het honorarium voor 17 bladzijden, dit is 17 x f 2.50 = f 42.50 (Twee en veertig gulden vijftig cents) De vraag of ik op honorarium voor de 5 andere ("gewonnen") bladzijden aanspraak kan doen gelden laat ik buiten beschouwing om discussies te vermijden welke ik beschouw als weinig elegant.

Wat de eventueele tweede druk van Klankbord betreft moet ik U tot mijn [woord ontbreekt] het volgende in overweging geven.

Wanneer U de zaken blijft beschouwen op de wijze waarvan Uw schrijven van 7 Juni getuigt zal ik mij met alle mij ten dienste staande middelen verzetten tegen beraamden Tweeden Druk. Ik zal mij bovendien gedwongen achten om een kwestie welke verschillende Nederlandsche Letterkundigen interesseert gerechtelijk te doen uitmaken.

Door Klankbord voor de belachelijke som van 120 gulden af te staan aan de Vrije Bladen verkocht ik aan Uw Uitgeversbedrijf geen enkel copyright.

U beweert "een jaar na de verschijning" (Klankbord verscheen in 1929!) den tweeden druk te putten uit een ouden voorraad. Ik wensch dit zonder gronden op 't oogenblik niet tegen te spreken. Maar ik heb het leedwezen U te verzekeren dat Uw pretext om mij honorarium te onthouden ondeugdelijk en onaanvaardbaar is.

Ik moet er tevens Uwe aandacht op vestigen dat ik (in tegenspraak met Uwe verklaring) nimmer een "weelde-exemplaar" van Klankbord van U ontving en dat ik nimmer "brieven" van U kreeg "naar aanleiding van Klankbord", behalve een verzoek tot nieuwe medewerking aan een uitgave van De Spieghel. Dit is ook 't eenige schrijven dat ik door omstandigheden onbeantwoord liet. Voor mij dus begint het debat pas.

U zult niet nalaten, vertrouw ik, om mij Uw definitief standpunt inzake Klankbord tijdig te doen kennen.

In afwachting van uwe conclusie zie ik gaarne spoedige toezending tegemoet der nog verschuldigde f 42.50.

Met beleefde groeten en Hoogachting

MV

 

[aan bovenstaande formulering van deze brief is – waarschijnlijk – de volgende tekst voorafgegaan:]

 

Zeer Geachte Directie

Tot mijn verwondering had ik niet het genoegen toezending te ontvangen van f 45 (zijnde restant honorarium voor medewerking aan extra-nummer Vrije Bladen) welke u mij aankondigde in uw schrijven van 7 dezer.

U beleefd verzoekende mij dit bedrag te doen toekomen zie ik mij gedwongen U er op te wijzen dat ik deze zending niet zou kunnen beschouwen als een cadeau of een welwillendheid van Uw kant. Er is in Uw berekening van mijn honorarium wel degelijk een vergissing geslopen.

Uit de eerste drukproeven van De Eene Grondtoon, welke ik naar gewoonte bewaarde, blijkt dat de oorspronkelijke zetting – dus zonder nieuwe pagina's voor nieuwe hoofdstukken – 77 (zeven-en-zeventig) pagina's besloeg. Daar U me slechts honoreerde voor 60 (zestig) pagina's heb ik dus het volste recht op een saldo van 17 x f 2,50 = 42,50 (twee en veertig gulden vijftig cents).

Met de meeste Hoogachting

MV

 

concept 1 en concept 2

 

Verblijfplaats: Amsterdam, Bijzondere Collecties UvA